
under construction
Je begaafdheid te gelde maken: ongepast of juist goed? Moeilijk of juist makkelijk?
Hoogbegaafden verhouden zich niet altijd makkelijk tot geld: praktisch, maar ook als concept. It’s a complex relationship. Waar geld in de maatschappij vaak als graadmeter voor succes wordt gezien, voelen veel hoogbegaafden aarzeling en weerstand om hun talenten te koppelen aan financieel voordeel. Ze willen bijdragen, vernieuwen, oplossen en creëren, maar onderhandelen over geld, tarieven bepalen of hun waarde claimen voelt ongemakkelijk of zelfs onnatuurlijk.
Hoogbegaafden en geld, een complexe relatie. Een blog voor wie toe is aan relatietherapie.
Een woord vooraf
Dit is alweer het 6e jaar dat we vanuit Your Evolving Self een long read publiceren ter gelegenheid van de Week van de Hoogbegaafdheid. Dirk Anton gaf in 2020 een autobiografische open kimono in ‘Hoogbegaafd, een vloek en een zegen’. In 2021 schreef Kim over de hoogbegaafde thuiszitter in ‘Slim maar niet op school’. De rollercoaster ride waarin ouders van hoogbegaafde kinderen kunnen belanden, was in 2022 het onderwerp van hun gezamenlijke blog ‘Wanneer de eerste steen valt’. Het jaar daarop schreven ze over ‘Hoogbegaafden als driver van vernieuwing’. De bijdrage van 2024 borduurde daarop voort met ‘Succesvol innoveren als hoogbegaafde’.
Dit jaar pakt Dirk Anton een thema bij de kop dat de afgelopen 9 jaar bij zijn inmiddels honderden individuele begeleidingen regelmatig aan bod is gekomen, maar niet vaak publiek wordt geadresseerd: geld. It makes the world go round, maar wat nu als je zelf een vierkantje bent…
Deze blog gaat in op de soms weerbarstige relatie tussen hoogbegaafden en geld, maar ook op hoe je die relatie kunt verbeteren en je begaafdheid verantwoord te gelde kunt maken, zodat je daadwerkelijk ontvangt wat je verdient.
Inleiding
Hoogbegaafden verhouden zich niet altijd makkelijk tot geld: praktisch, maar ook als concept. It’s a complex relationship. Waar geld in de maatschappij vaak als graadmeter voor succes wordt gezien, voelen veel hoogbegaafden aarzeling en weerstand om hun talenten te koppelen aan financieel voordeel. Ze willen bijdragen, vernieuwen, oplossen en creëren, maar onderhandelen over geld, tarieven bepalen of hun waarde claimen voelt ongemakkelijk of zelfs onnatuurlijk. Tegelijkertijd kan het enorm knagen, dat duidelijk minder getalenteerde en minder ethisch handelende mensen een veelvoud verdienen van wat ze zelf doen; dit aan zichzelf toegeven, is vaak al een uitdaging, omdat ze ook nog eens van zichzelf vinden dat ze ‘daar eigenlijk boven zouden moeten staan’.
Tijd om daar verandering in te brengen, want de wereld verdient de bijdrage van hoogbegaafden en zij verdienen een eerlijke vergoeding voor hun inbreng. Laten we, om dat te bewerkstelligen, beginnen bij het begin.
Over talenten, goud en zilver
De waarde die we aan geld hechten is door de geschiedenis heen sterk veranderd. Tot in de twintigste eeuw vertegenwoordigde elke munt of elk biljet een vaste hoeveelheid goud. Munten zelf bestonden vaak uit edelmetaal. Dit gaf geld een tastbare, objectieve waarde. Sinds het loslaten van de gouden standaard is geld steeds abstracter geworden — een systeem van vertrouwen en verwachting, maar ook van machtsongelijkheid en misbruik, zonder directe koppeling aan een fysieke waarde. Het is een (ver)rekeneenheid geworden.
Voor veel hoogbegaafden, die vaak behoefte hebben aan integriteit, betekenis en logica, heeft dit bijgedragen aan hun ongemak rondom geld. Als de waarde van geld vooral berust op perceptie en eenzijdig opgelegde economische spelregels, kan het moeilijk zijn om er je eigen waarde aan te koppelen. Dat met de druk op de knop uit het niets geld wordt gecreëerd voor een hypotheek waar je vervolgens nog 30 jaar hard voor moet werken om deze af te lossen, helpt ook niet. Meer dan eens heb ik hoogbegaafden horen aangeven, dat ze problemen hebben met het concept geld op zich en dat een ideale wereld zonder zou moeten kunnen. Wellicht zijn ze in dit verband hun tijd vooruit, maar voorlopig is geld nog een gegeven waar je je toe zult moeten verhouden.
© Max Jahrehorn, Oxider.
In de Romeinse tijd was een ‘Talent’, waar maar liefst 240 stuks van zo’n prachtige Solidus als op de foto tegenover stonden, een concrete valuta-eenheid met grote waarde. Omgerekend naar de huidige tijd vertegenwoordigt één talent de waarde van vele jaarsalarissen! Van hoogbegaafden wordt nog wel eens gezegd dat ze gezegend zijn met talenten en je zou dan ook verwachten dat ze makkelijk daarmee in hun onderhoud kunnen voorzien. Maar dat gaat niet vanzelf, zoals een treffende parabel uit de bijbel vertelt.
Photo by Etienne Girardet via Unsplash.com.
In de ‘Gelijkenis van de Talenten’ krijgen drie dienaren van hun heer elk een aantal talenten om te beheren. De twee die hun talenten investeren, verdubbelen hun waarde. De dienaar die zijn talent begraaft uit angst, die spaarde met andere woorden, kan geen rendement laten zien en wordt berispt; al gebiedt de eerlijkheid om te zeggen, dat de laatste dienaar maar één enkel talent had ontvangen en de anderen een veelvoud. Maar de boodschap is duidelijk:
Je talenten ontwikkelen waarde als je ze inzet, zichtbaar maakt en vermenigvuldigt.
Wanneer je je talenten verborgen houdt, zul je de waarde juist zien verdampen.
Hoogbegaafdheid krijgt dus pas echt waarde in een actieve, wederkerige relatie tot de wereld om je heen.
intermezzo: wanneer overexcitability de overhand krijgt
Al gaat deze blog over hoe je je begaafdheid te gelde maakt, het thema geld en hoogbegaafdheid zou niet compleet zijn zonder een intermezzo over de impact die overexcitability kan hebben op je omgang met geld. Overexcitability, een intense neurologische en emotionele respons op stimuli, is iets waar nogal wat hoogbegaafden mee behept zijn en wat ertoe kan leiden, dat je jezelf slecht kunt remmen waar het aankomt op geld uitgeven. Menig hoogbegaafde is in flinke financiële problemen gekomen hierdoor en het is dus iets om zeer serieus te nemen. Wellicht zelfs op te nemen in de begeleiding van hoogbegaafde kinderen en jongeren in het kader van preventie.
Overexcitability kan een kostbare hb-eigenschap worden.
Photo by Mohammad Metri via Unsplash.com
Menig klant van me heeft een schrikbarend grote verzameling boeken, (sport)schoenen, kleren, platen/CD’s, electronica, instrumenten, lego sets en dergelijke. Voordat je in stereotypen denkt: het betreft ook uitdrukkelijk mannen met een enorme schoenenverzameling. There’s an Imelda Marcos in some men too!
Zelf heb ik een uitdrukkelijke tik voor boeken, Italiaanse schoenen en jasjes. En helaas was ik een kind van het CD tijdperk, waardoor ik ook veel (veel!) geld heb uitgegeven aan CD’s. Lang leve streaming, al geeft dat niet dezelfde fix. 😉
Wanneer je iets ziet dat je intens weet te raken, absorbeert het je bewustzijn. Pas wanneer je datgene gekocht hebt, kun je het weer loslaten en keert de rust in je systeem weer terug. Totdat de volgende verleiding op je radar opduikt natuurlijk. Zeker de dopamine gevoelige, creatieve Gifted Hunters onder de begaafden, zullen dit fenomeen herkennen. Het helpt je bij het omgaan met zowel de alledaagse saaiheid, als de interne spanning die bepaalde zaken in je kunnen oproepen.
De 5 overexcitabilities hebben ieder een eigen invloed op hoe, en waaraan, je je geld uitgeeft:
1. Psychomotorische Overexcitability → Impulsieve Uitgaven
Deze mensen zoeken constant stimulatie, wat kan leiden tot impulsieve aankopen voor opwinding of afleiding.
Ze kunnen zich bezighouden met retailtherapy, waarbij ze dingen kopen puur om zich bezig te houden of zich beter te voelen.
2. Sensorische Overexcitability → Luxe of Ervaringsgerichte Uitgaven
Een grote waardering voor zintuiglijke ervaringen (aanraking, geur, esthetiek) kan leiden tot uitgaven aan luxeproducten zoals designerkleding, gastronomisch eten of high-end interieurartikelen.
Ze kunnen prioriteit geven aan comfort, schoonheid of verwennerij, maar ook aan reizen, uit eten gaan of wellness-ervaringen.
3. Intellectuele Overexcitability → Uitgaven aan Kennis en Onderzoek
Een onverzadigbare drang om te leren kan leiden tot overbesteding aan boeken, cursussen, technologie of educatieve tools.
Ze kunnen overbesteding rechtvaardigen als een “investering” in hun intellectuele groei, wat leidt tot stapels ongelezen boeken of ongebruikte abonnementen.
4. verbeeldende Overexcitability → Uitgaven aan Creatieve of Fantasievolle Bezigheden
Een rijke verbeelding kan leiden tot aankopen voor creatieve hobby’s, zoals kunstbenodigdheden, schrijfmaterialen, gaming of knutselspullen.
Ze kunnen bepaalde levensstijlen idealiseren en te veel uitgeven om een bepaalde esthetiek of droomwereld te creëren. Cosplay galore!
5. Emotionele Overexcitability → Uitgaven aan Anderen of Emotionele Troost
Zeer empathische mensen kunnen te veel uitgeven aan liefdadigheid, cadeaus voor anderen of het financieel ondersteunen van vrienden en familie. Dit is niet bepaald zonder risico.
Emotionele intensiteit kan, naast een overdaad aan comfort food, leiden tot retailtherapy als een manier om met stress om te gaan, waarbij spullen worden gekocht om emotionele pijn te verzachten.
Hier valt nog veel meer over te zeggen, onder andere over de relatie met het soms afwijkende tijdsbesef van overprikkelbare begaafden. Wellicht iets voor een volgende blog of het Gifted Hunter YouTube kanaal dat richting deze zomer online gaat. Laat zeker even weten wanneer dit onderwerp je aanspreekt en je op de mailinglijst wil komen. Je ontvangt dan bericht wanneer het kanaal live gaat.
Er zijn meerdere manieren om overexcitability je niet de financiële kop te laten kosten. hiermee om te gaan:
Je kunt jezelf van tevoren een niet onderhandelbaar maximum stellen wanneer je iets gaat kopen of gaat bieden op een veiling, of
jezelf een beloning bij afronding van een grote klus in het vooruitzicht stellen, of
uitsluitend met een personal shopper met vast budget 2x per jaar inkopen doen, waar het kleren of schoenen betreft.
De rode draad is dat je, voordat de overexcitability je in de greep heeft, zelf bepaalt wat een verantwoorde uitgave is, wat je makkelijk kunt missen, zonder dat het je financiële going concern en toekomst aantast.
Geld vragen: ongepast of juist goed?
Terug naar het hoofdonderwerp: je begaafdheid te gelde maken. Voor hoogbegaafden is geld zelden een doel op zich. Hun motivatie komt voort uit nieuwsgierigheid, zingeving en de drang om te vernieuwen. Dat maakt dat ze geld soms wantrouwen of er zelfs op neerkijken. Toch is er een directe relatie tussen je gevoel van eigenwaarde en de prijs die je durft te vragen voor je werk. Wie zichzelf niet voldoende waardeert, vindt het moeilijk om een passend tarief te vragen. Of, als werknemer, om een loonsverhoging of promotie. Solliciteren op een hogere functie kan je hierdoor ook onterecht afschrikken. Veel hoogbegaafden zien hun talenten als vanzelfsprekend, waardoor ze onderschatten hoeveel waarde ze daadwerkelijk toevoegen.
De lat wordt hoog gelegd ten aanzien van de eigen prestaties. Ze zijn niet snel tevreden en zijn, na het neerzetten van een mooie prestatie, zelf allang weer bezig met het volgende project. Ook dit helpt niet om je werk op waarde te schatten. Perfectionisme kan bovendien leiden tot langdurig sleutelen aan projecten, zonder dat hier direct inkomsten tegenover staan.
Daarnaast kan een te sterk rechtvaardigheidsgevoel, een te grote empathie, het moeilijk maken om stevige tarieven te vragen of een passend salaris, omdat hoogbegaafden hun diensten vaak willen leveren vanuit passie of maatschappelijke betrokkenheid. Eveneens in dit opzicht wordt de lat wel heel hoog gelegd door sommige hoogbegaafden. Hoe raar het ook klinkt, zelfs empathie kent een punt van afnemende meeropbrengst; teveel kan zelfs schadelijk worden voor de andere kant. Bijvoorbeeld doordat die te weinig zelf in beweging hoeft te komen, te weinig eigenaarschap hoeft te laten zien.
Door te zeer gericht te zijn op de ander, helemaal op zijn of haar (vermeend problematische) financiële situatie, kun je jezelf tekort gaan doen. Ook, of misschien wel juist, in de dienstverlenende beroepen is professionele distantie een absolute must voor wie optimaal resultaat wil afleveren. De lat mág dan niet alleen een stukje lager, het moet, in het belang van beide partijen. Juist het vragen van een gepast bedrag draagt bij aan een gezonde verhouding tussen werkgever en werknemer, dienstverlener en cliënt. Een gezonde relatie tot geld kan alleen bestaan bij een gezonde relatie tussen mensen. En vice versa.
Wanneer je de lat te hoog legt, maak je het jezelf onnodig moeilijk.
Photo by Randy Fath via Unsplash.com.
Ook kan een afkeer van routine en hiërarchie ertoe leiden dat hoogbegaafden minder goed passen binnen traditionele organisaties, waar stabiel inkomen vaak gegarandeerd is. Het vermogen om breed te denken en continu nieuwe interesses te ontwikkelen, maakt bovendien dat ze zichzelf soms versnipperen, waardoor focus op hun financiële positie ontbreekt. En om het maar even klip en klaar te stellen: Wie in loondienst is, moet het belang van de organisatie voorop zetten, en wel zoals dat is bepaald door het management. Wat je er zelf ook van vindt. Wanneer je andere ideeën hebt over wat zou moeten gebeuren, dan is het tijd voor een goed gesprek. Kun je elkaar daarin vinden, prima. Zo niet, trek dan je consequenties.
Ook zijn vele hoogbegaafden van mening, in een ideale wereld overigens terecht, dat hun prestaties maar voor zich moeten spreken. Jezelf etaleren of, oh gruwel, verkopen, is dan uit den boze. Niet zelden is de oorsprong van deze overtuiging te vinden in de vroege jeugd.
De invloed van biografie en context
Wat hoogbegaafden soms nog wel eens teveel hebben aan eigen-wijsheid, komen ze nogal eens tekort aan eigen-waarde en dat is niet zo vreemd. Wie zich van jongs af aan niet thuis heeft gevoeld binnen gezin, school en andere sociale settings, ontwikkelt zelden een gezond gevoel van eigenwaarde. Wanneer je anders denkt, voelt en handelt dan de mensen om je heen, kan dit leiden tot vervreemding en het gevoel dat je niet gewaardeerd wordt. Helemaal wanneer het onveilig was om jezelf in je volle glorie, kwetsbaarheid, breedte en diepte te laten zien. Het gebrek aan erkenning en begrip kan ertoe leiden dat je je eigen waarde niet ziet, omdat de spiegel die de omgeving biedt, vertroebeld is.
Wanneer je herhaaldelijk de boodschap krijgt dat je 'te moeilijk', 'te snel' of 'te anders' bent, ga je twijfelen aan jezelf, wat je eigenwaarde aantast. Dat maakt het moeilijk om in de volwassenheid een stevig financieel zelfbeeld te ontwikkelen. Wie zichzelf van jongs af aan heeft leren aanpassen of onzichtbaar maken, zal ook moeite hebben om haar talenten expliciet financieel te verzilveren. Daarom is het essentieel dat hoogbegaafden hun eigen biografie onderzoeken en actief werken aan een gezonde relatie met hun eigenwaarde en de waarde die ze leveren. Zelfreflectie en het zoeken naar gelijkgestemden is cruciaal om los te kunnen komen van externe maatstaven en je eigen talenten te leren herkennen en op waarde te schatten; een voorwaarde voor het kunnen laten floreren van je financiën.
Duik in je voorgeschiedenis en die van je ouders.
Photo by Roman Kraft via Unsplash.com
Het is ook de moeite waard om eens na te gaan wat het heersende geldparadigma was in je ouderlijk huis. Hoe stonden je ouders tegenover geld? Was het een belangrijk thema voor ze? Was er een tekort aan of was het juist ruim voorhanden? Kortom, wat voor boodschappen over geld gaven ze je mee?
Ik heb nogal eens hoogbegaafden met een zeer kerkelijke opvoeding zien worstelen met geld (en met voor zichzelf opkomen en zichzelf laten zien overigens). Juist omdat ze zo sensitief, empathisch en ethisch zorgvuldig waren als kind, drukte de ouderlijke opvatting een bijna onuitwisbaar stempel op ze: geld vragen werd daardoor erg ingewikkeld en geld ontvangen zonder schuldgevoel of een gevoel van grote verplichting, evenzeer.
Met dienstbaarheid ten koste van jezelf is alleen niemand gediend. Het is dan ook zinvol om jezelf de vraag te stellen: Hoe zie ik geld eigenlijk? Als wortel van het kwaad, een noodzakelijk kwaad, een neutraal iets, een welkom middel of een geweldig doel op zich? Sta hier echt eens goed en wat langer bij stil wanneer je bij jezelf een lading op het onderwerp ervaart.
Een andere omgeving kan wonderen doen
Gedrag ontstaat in de context, maar de mindset die daaraan vooraf gaat, evenzeer. Het is enorm lastig om je houding ten aanzien van geld te veranderen, wanneer je in dezelfde kringen blijft verkeren. Wanneer je vooral mensen in je omgeving hebt die negatief tegenover geld staan of er niet verantwoord mee om kunnen gaan, kan het tijd zijn om verandering in je sociale omgeving aan te brengen.
Een cliënt die vele jaren vastzat in een vriendengroep die niet bepaald positief was en daar een stevige break mee gemaakt had, constateerde laatst dat “…voor het eerst de dingen lekker lopen in mijn leven. Ik ben het jaar zo goed begonnen, het stroomt. Wat ben ik daar blij mee!”
Je context van vroeger kun je niet meer veranderen, die van het heden en je toekomst wel.
Geld en de arbeidsmarkt
Hoogbegaafden beschikken vaak over kwaliteiten die hen in staat zouden moeten stellen om hoge posities in de samenleving te bekleden en succesvolle carrières op te bouwen. Toch blijkt dit in de praktijk niet altijd het geval te zijn, wat kan leiden tot gevoelens van frustratie, vooral wanneer zij zien dat anderen met ogenschijnlijk minder kwaliteiten financieel en professioneel succesvoller zijn.
Een van de redenen daarvoor is dat hoogbegaafden vaak hun tijd vooruit zijn. Ze zien ontwikkelingen aankomen voordat anderen ze opmerken. Ze hebben een complex denkvermogen, zien patronen, details en onderlinge verbanden en bedenken oplossingen die de massa nog niet begrijpt. Ze zien trends, mogelijkheden of risico’s vaak al lang voordat hun omgeving er oog voor heeft. Dit vooruitlopen op de troepen kan leiden tot onbegrip of zelfs weerstand. Ideeën worden als te complex, te vergezocht of te disruptief ervaren. Dat zorgt ervoor dat hun bijdragen in het hier en nu niet altijd worden herkend of gewaardeerd. In mijn hoogbegaafdheidsautobiografie trek ik de parallel met de Vloek van Cassandra (het goed zien, maar niet geloofd worden), want het kan zonder meer als een vloek aanvoelen om hiermee behept te zijn. Pas wanneer de omgeving de inzichten inhaalt, ontstaat er soms erkenning, al zijn ze zelf allang weer verder met hun denken, waardoor het behaalde gelijk als een Pyrrusoverwinning voelt. Voor hoogbegaafden betekent dit dat ze op hun intuïtie moeten vertrouwen en hun eigen koers durven varen, ook zonder directe bevestiging (feedback) uit hun omgeving.
Een ondersteunende vriendschap onder gelijken is onbetaalbaar.
Photo by Nonresident via Unsplash.com
Het besef dat je vooruitdenken een kracht is, helpt om je eigen waarde los te koppelen van de tijdelijke erkenning die je krijgt. Wanneer je minimaal één ontwikkelingsgelijke vriend(in), partner of collega hebt, is dit makkelijker te doen. Zo iemand zal je kunnen volgen en het helpt enorm wanneer er tenminste één iemand is, die je de boodschap mee kan geven: “Je bent niet gek. Je ziet het goed, maar bent gewoon je tijd vooruit. Blijf vertrouwen op jezelf en hou vol.”
Hoogbegaafden denken en functioneren als gezegd vaak anders dan hun collega's. Hun neiging om functieoverstijgend te werken en zelf werk te creëren omdat ze zien wat nodig is, kan botsen met traditionele bedrijfsstructuren. Bovendien functioneren hoogbegaafden doorgaans slecht in starre organisaties waarin loyaliteit, hiërarchie en conformiteit belangrijker zijn dan rechtvaardigheid en vernieuwing. Dat zorgt ervoor dat ze onder hun (potentieel salaris-)niveau werken, sneller uitstromen of hun bijdrage in informele rollen leveren. Tegelijkertijd zien ze als gezegd dat collega’s met minder talent financieel vaak succesvoller zijn — een pijnpunt dat hun gevoel van eigenwaarde, en daarmee hun relatie tot geld, nog verder onder druk zet: “ik zou het toch verder moeten hebben kunnen schoppen, ik had allang financieel onafhankelijk moeten kunnen zijn.” Deze gedachten zijn hen dan niet vreemd.
“We zullen onszelf echt moeten leren kennen, kennis en vaardigheden moeten ontwikkelen om voor onszelf te zorgen. De gebruikelijke maatschappelijke paden bieden geen garanties meer en je kunt er niet meer vanuit gaan dat de welvaartsstaat voor je zal zorgen bij ziekte en pensionering. Employment is dead or soon will be, chargerend gezegd. Actieve betrokkenheid bij je toekomst is noodzakelijk.”
De economische tijden zijn ingrijpend aan het veranderen, onze naoorlogse welvaartsstaat staat onder druk. Daarnaast veranderen geopolitieke en technologische ontwikkelingen (o.a. AI) de arbeidsmarkt en het landschap van onze toekomst ingrijpend. Niet alleen hoogbegaafden zullen beter voor zichzelf moeten leren opkomen. Employment is dead. Or soon will be. Dit kan zomaar eens een blessing in disguise kunnen blijken te zijn. Het dwingt ons allen ertoe om bewuster zelf aan het stuur te gaan staan van onze loopbaan. En dat biedt de kans om nu eindelijk eens te gaan doen wat je diep van binnen altijd eens wilde doen, maar niet durfde. Ja, je loopt meer risico, maar de opbrengst kan daardoor ook veel groter zijn; een prima optie wanneer je genoeg ervan hebt dat collega’s die disfunctioneren hetzelfde verdienen als jij. En laten we wel zijn, veel hoogbegaafden, zeker de Gifted Hunters onder ons, snakken naar feeling alive.
Mocht een meer ondernemende positie innemen nog erg spannend klinken, bedenk dan dat risico nemen iets anders is als onverantwoordelijk bezig zijn. Naast het onderwerp persoonlijke financiën, zou er wat mij betreft ook aan ondernemersvaardigheden aandacht moeten worden besteed bij de begeleiding van hoogbegaafde kinderen en jongeren. Jong geleerd…
Geld ontvangen: Moeilijk of juist makkelijk?
Wanneer je dit stuk tot hier hebt gelezen, ben je ongetwijfeld wel toe om te lezen wat je nu kunt doen om eindelijk eens te gaan ontvangen wat je vindt dat je verdient. Je hebt al gemerkt dat wachten tot iemand je waarde inziet en uit zichzelf doorkomt met een daarbij passende beloning, niet werkt. Gelukkig zijn er concrete stappen die je als hoogbegaafde kunt zetten om een gezondere relatie met geld op te bouwen en je talenten financieel te verzilveren:
1. Word echt goed in wat je doet en laat dat zien: Zet je kennis en unieke denkwijze in de etalage. Deel je inzichten, schrijf blogs, geef presentaties of start een eigen adviespraktijk. Zichtbaarheid vergroot je financiële kansen. Maar zorg er wel voor dat je écht goed in bent in wat je doet. Alleen ideeën, potentieel en AI-geproduceerde fabricaten zijn daarvoor onvoldoende; je zult aan de bak moeten en zelf vaardigheden moeten ontwikkelen. Je zult moeten investeren in jezelf en je kunde. Nu kunnen bij uitstek hoogbegaafden meesterschap bereiken in minder dan 10.000 uur wanneer ze heel bewust oefenen en trainen, maar helemaal zonder bloed, zweet, tranen en een substantiële tijdsinvestering lukt het ook hen niet.
“Bluffing your way into ‘xyz’ is not an option for the gifted.”
Wees niet bang voor het vragen van feedback of testimonials aan de mensen met wie je een puur professionele relatie onderhoudt: bazen, collega’s of klanten. Juist die geven je het meest objectieve beeld van de toegevoegde waarde die je voor ze hebt en wat je mogelijk nog te doen hebt om deze te vergroten. Omdat we geloven in de noodzaak om zelf het goede voorbeeld te geven, hebben we op onze homepage daarom ook vele testimonials opgenomen en de resultaten van een klantonderzoek. Transparant en zichtbaar. In het Your Evolving Self rapport hebben we dan ook niet voor niets deze quote opgenomen van Steve Martin: Be so good they cannot ignore you!
P. 110-111 uit: Geef je organisatie toekomst, Kim Castenmiller & Dirk Anton van Mulligen, 2012.
2. Ontwikkel je ondernemersvaardigheden. Ondernemerschap helpt je om creativiteit te koppelen aan praktische actie en commercieel bewustzijn. Door te leren hoe je je waarde zichtbaar maakt, hoe je diensten in de markt zet en hoe je onderhandelt over tarieven/salaris, wordt de kloof tussen talent en financiële opbrengst kleiner. Bovendien geeft ondernemerschap de vrijheid om zelf richting te geven aan werk dat aansluit bij je drang naar autonomie, innovatie en zingeving. Zo worden je unieke kwaliteiten niet alleen zichtbaar, maar ook gewaardeerd én beloond.
Leer dus hoe je je toegevoegde waarde vertaalt naar vermarktbare producten of diensten, en die vervolgens naar tarieven, de weerslag van je marktwaarde. Volg trainingen in onderhandelen, waardepropositie en ondernemerschap, zodat je naast inhoudelijk sterk ook commercieel vaardig wordt. Of zoek een ondernemende mentor en loop met deze eens een tijdje mee.
Ondernemers zijn zowel vasthoudend als flexibel en gelukkig kunnen hoogbegaafden doorgaans goed uit de voeten met een paradox! Intrapreneurship, ondernemerschap in loondienst, is een rol die past bij hoogbegaafden met een sterke behoefte aan financiële zekerheid. Zelfstandig ondernemerschap is een prima route voor hoogbegaafden die daar minder aan hechten, zoals bijvoorbeeld de zeer dynamische Thomas Kolmans uit de video over jongeren en hoogbegaafdheid in deze blog. En zoals Darwin al zei: het is niet de sterkste en ook niet de meest intelligente die overleeft; het is degene die zich het beste aan kan passen aan veranderende omstandigheden. Zeker in deze tijden is een meer ondernemende instelling een must voor iedereen geworden. Action begets action.
P. 58-59 uit: Geef je organisatie toekomst, Kim Castenmiller & Dirk Anton van Mulligen, 2012.
3. Bouw aan een waarde-vol netwerk: Zoek gelijkgestemden, mentoren en klanten die jouw waarde wél herkennen. Een netwerk dat jouw unieke bijdrage begrijpt, is goud waard. Dat doe je overigens niet met dertien in een dozijn door ChatGPT geschreven blogs of posts op LinkedIn of andere sociale media. Dat levert je ongetwijfeld likes op, maar het gaat hier om serieuze klandizie die je zoekt, om een serieuze relatie die je aan wil gaan. Kwaliteit boven kwantiteit. Verspil je kostbare tijd en energie niet aan gratuite wederzijdse bevestiging. Dat heeft een halfwaardetijd van hoogstens een paar seconden en draagt zeker niet bij aan het opbouwen en onderhouden van een echte relatie waarin over en weer waarde wordt uitgewisseld. Tijd is je meest kostbare bezit en te kostbaar om te verspillen aan dopaminehits. Spend your time wisely, preferably in real life.
P. 130-131 uit: Geef je organisatie toekomst, Kim Castenmiller & Dirk Anton van Mulligen, 2012.
4. Oefen met geld vragen: Begin klein en oefen met duidelijke tarieven en gesprekken over geld met je klant; of met je baas wanneer je in loondienst bent. Geld agenderen in periodieke gesprekken met je leidinggevende is volstrekt normaal of zou dat moeten zijn, zeker in deze inflatoire tijden. Hoe vaker je dit doet, hoe natuurlijker het wordt. Ga het dus juist niet uit de weg wanneer je je ongemakkelijk daarbij voelt. Is de interne spanning die je dat oplevert te groot, duik dan in je biografie en ga op zoek naar begeleiding daarbij; blijf niet hangen in wishful thinking of defaitisme.
Wanneer je echt goed (geworden) bent in wat je doet (zie 1.) dan kun je natuurlijk opslag of een hoger tarief gaan vragen. Zoals met zoveel zaken zul je er eerst voor moeten zorgen dat ‘je grip hebt, voordat je snelheid kunt maken.’ Dat kan een flinke uitdaging zijn voor hoogbegaafden, omdat ze van nature al zo’n hoge kloksnelheid hebben. Ze willen soms sneller dan de weerbarstige realiteit ze toelaat. Daar zul je rekening mee moeten houden. Keep at it, give it time and don’t forget to breathe.
P. 52-53 uit: Geef je organisatie toekomst, Kim Castenmiller & Dirk Anton van Mulligen, 2012.
5. Herpositioneer jezelf binnen je relatie met geld: Geld is geen vijand of noodzakelijk kwaad, maar een middel dat je vrijheid en ruimte geeft om te creëren en je eigen pad te volgen. Schrijf voor jezelf je ervaringen met geld als kind op, duik in het voorbeeld dat je ouders je gegeven hebben en hoe dat van invloed is op je huidige financiële situatie. Of het voorbeeld dat je hebt moeten missen en wat daar het gevolg van is.
Al staat dit in deze opsomming op nummer 5, dit kan zomaar het grootste effect hebben op je financiële toekomst. You don’t get the money you deserve but the money you think you deserve.
P. 150-151 uit: Geef je organisatie toekomst, Kim Castenmiller & Dirk Anton van Mulligen, 2012.
Hoe we je kunnen helpen
Hoogbegaafdheid en geld zijn thema’s die diep raken aan de identiteit en het levensverhaal van hoogbegaafden. Via het Your Evolving Self loopbaanontwikkelassessment helpen we hoogbegaafden om zicht te krijgen op hun eigen unieke talenten en drijfveren. We brengen niet alleen iemands creatieve kracht en vernieuwend vermogen in kaart, maar we onderzoeken ook de onderliggende patronen die het lastig maken om die talenten financieel te verzilveren; dit door het bekijken van je biografie door de lens van hoogbegaafdheid.
Daarnaast begeleiden we hoogbegaafden bij het vinden of creëren van een passende plek binnen organisaties of bij het ontwikkelen van een zelfstandige loopbaan. We helpen hen om de vertaalslag te maken van innovatieve ideeën naar concrete waarde voor hun omgeving, en om daarbij ook hun eigen waarde te onderkennen en uit te dragen. Door te werken aan eigenwaarde, zichtbaarheid, ondernemerschap en strategische positionering, leren we hoogbegaafden niet alleen hoe ze hun talenten effectief in kunnen zetten, maar ook hoe ze daar eerlijk voor beloond worden.
Ons boek Geef je organisatie toekomst is geschreven als een leadership journey voor ambitieuze en begaafde vernieuwers. Geen loze ‘volg deze stappen en succes is gegarandeerd’ belofte, maar een inspirerende verzameling aan stappen die je op jouw pad kunt zetten en die in de praktijk hun waarde hebben bewezen.
Je kunt uit ‘Geef je organisatie toekomst’ altijd weer wat halen dat op jouw context van toepassing is en je verder helpt om jezelf en je organisatie succesvol verder te ontwikkelen.
Klik hier voor onze promoties tijdens de Week van de Hoogbegaafdheid 2025
Tot slot
Onze toekomst heeft de beste en meest blije versie van jou hard nodig!
Photo by Kiana Bosman via Unsplash.com
Hoogbegaafden hoeven geen moeizame relatie met geld te hebben. Hoogbegaafdheid is namelijk veel meer dan een lijstje met kwaliteiten als: snelle denkers, creatieve probleemoplossers en een onverzadigbare nieuwsgierigheid. Het is een dynamisch potentieel dat, mits goed geïdentificeerd, begrepen en ontwikkeld, kan uitgroeien tot een krachtige motor voor persoonlijke, professionele én financiële groei.
Maar hoe laat je dit potentieel voor je werken? Het antwoord ligt in de verbinding en uiteindelijk integratie van:
je persoonlijkheid en je kenmerken van hoogbegaafdheid,
je unieke levensverhaal en daaruit voortkomende overtuigingen, en
de eisen van de hedendaagse (arbeids)markt.
Door je eigen waarde te erkennen, je biografie onder de loep te nemen en praktische ondernemersvaardigheden te ontwikkelen, kun je je talenten omzetten in een gezonde financiële stroom. Geld is geen doel, maar een krachtig middel om je unieke bijdrage aan de wereld mogelijk te maken. Het is tijd om je talenten niet te begraven, maar te verzilveren — voor jezelf en voor de samenleving die jouw inbreng hard nodig heeft.
Veel plezier en succes daarbij!
Dirk Anton van Mulligen
© Maart 2025, alle rechten voorbehouden.
De Week van de Hoogbegaafdheid is inmiddels afgelopen. De acties zijn daarmee komen te vervallen.
Naschrift:
Het baanbrekende boek ‘De Onderwijstrilogie, met ons onderwijs de toekomst in’ van Kim Castenmiller verschijnt medio 2025.
Als altijd mijn #moderatiedisclaimer: Het is fijn wanneer een post goed ontvangen wordt en je een reactie achterlaat. Maar mocht daar dan weer geen commentaar op volgen, of wordt je reactie zelfs verwijderd, trek het je dan niet persoonlijk aan. Nieuwsgierig naar mijn moderatieprincipes? Dan kun je ze hier terugvinden. Bedankt voor je begrip!
Bannerfoto: Gouden Solidus van Valentinianus III, Romeinse keizer van 425-455. De munt is opgegraven in Sandby Borg, Zweden. © Max Jahrehorn, Oxider.
Waarom uitkomen voor hoogbegaafdheid nog zo lastig is
“Ik zeg nog eerder dat ik Asperger heb, dan dat ik hoogbegaafd ben.”
“… en weet je wat hij zei toen ik vertelde dat ik hoogbegaafd ben? Iedere gek zijn gebrek!”
“Ik herken mezelf volledig in wat je zei over hoogbegaafdheid, maar ik ben zeker niet hoogbegaafd.”
”Voor ADHD hebben mensen begrip, maar tegen mijn prikkelgevoeligheid als hoogbegaafde wordt raar aangekeken, alsof ik me aanstel.”
“Niet iedereen reageerde even fijn toen ik aangaf hoogbegaafd te zijn. Ik kon merken dat sommigen me maar arrogant vonden, anderen reageerden juist afstandelijk of wat onzeker.”
“Ik heb geen IQ test gedaan, dus ik durf aan niemand te vertellen dat ik hoogbegaafd ben.”
Zomaar wat geluiden die ik de afgelopen weken heb gehoord en niet hoefde te verzinnen om deze blog wat op te leuken! Dat er nog zo’n lading op het uitkomen voor hoogbegaafdheid zit, is voor mij de aanleiding om in deze blog de 3 hoofdoorzaken hiervan uiteen te zetten. Het is ook een pleidooi om het zeker wél te doen, om het beestje bij de naam te noemen, en tegelijkertijd om ook het belang ervan niet te overschatten, wat geldt voor vrijwel alle labels en diagnoses…
“Ik zeg nog eerder dat ik Asperger heb, dan dat ik hoogbegaafd ben.”
“… en weet je wat hij zei toen ik vertelde dat ik hoogbegaafd ben? Iedere gek zijn gebrek!”
“Ik herken mezelf volledig in wat je zei over hoogbegaafdheid, maar ik ben zeker niet hoogbegaafd.”
”Voor ADHD hebben mensen begrip, maar tegen mijn prikkelgevoeligheid als hoogbegaafde wordt maar raar aangekeken, alsof ik me aanstel.”
“Niet iedereen reageerde even fijn toen ik aangaf hoogbegaafd te zijn. Ik kon merken dat sommigen me maar arrogant vonden, anderen reageerden juist afstandelijk of wat onzeker.”
“Ik heb geen IQ test gedaan, dus ik durf aan niemand te vertellen dat ik hoogbegaafd ben.”
Zomaar wat geluiden die ik de afgelopen weken heb gehoord. Dat er nog zo’n lading op het uitkomen voor hoogbegaafdheid zit, is de aanleiding om in deze blog de drie hoofdoorzaken hiervan uiteen te zetten. Het is ook een pleidooi om het zeker wél te doen, om het beestje bij de naam te noemen, en tegelijkertijd om ook het belang ervan niet te overschatten, wat geldt voor vrijwel alle labels en diagnoses.
uit de kast komen als hoogbegaafde
Bij hoogbegaafdheid wordt er vaak gedacht aan superslimme mensen die moeiteloos door het leven gaan. Maar klopt dat beeld wel? Dit was de insteek van het radiointerview met Sofie van de Waart en mijzelf op 13 maart jongstleden ter gelegenheid van de Week van de Hoogbegaafdheid op NPO Radio 1. Direct aan begin kreeg ik van Jurgen van den Berg de vraag “Bent u superslim?” Al lijk ik daarop direct te antwoorden, ik dacht bliksemsnel na over waar ik nou goed aan deed. Dat ik de vraag met een helder “Ja.” beantwoordde, was heel bewust om een signaal af te geven aan de vele hoogbegaafden die moeite hebben om voor hun hoogbegaafdheid uit te komen: Aarzel niet langer, maar kom er gewoon voor uit.
Ook ik heb lang geaarzeld om publiek te gaan met mijn hoogbegaafdheid; dit ondanks dat ik het bewijs daarvoor op schrift had. Er zijn drie redenen waarom het zo lastig kan zijn. Eentje bevindt zich intern, in jezelf als hoogbegaafde, eentje in de buitenwereld en eentje is een weeffout in de terminologie die niet helpend is.
Zelftwijfel, perfectionisme en het stemmetje van binnen
Om succesvol te zijn in deze samenleving zijn executieve functies en zelfvertrouwen doorgaans belangrijker dan de inhoud en kwaliteit die je levert. Of zoals Peter Gillis pleegt te zeggen "de massa is kassa". Daar zijn hoogbegaafden vaak niet zo in thuis. Ze behoren niet tot de massa en worden regelmatig geplaagd door twijfel: “Is het wel echt goed genoeg wat ik doe en ben ik zelf wel goed genoeg?”. Dit stemmetje van binnen, de altijd aanstaande kritische zelfmonitoring, is een consequentie van het hebben van een hoog bewustzijnsniveau gecombineerd met perfectionisme en een gebrek aan succes gemeten naar de maatstaven van deze farmer’s world niet te vergeten. Want daarom komt juist het niet kunnen laten zien van een diploma of ondersteunende IQ test, zo hard binnen bij hoogbegaafden. Dat voelt aan als falen, als tekortschieten.
Het is zonder meer frustrerend om te zien hoe anderen met veel bravoure en succes zichzelf verkopen, terwijl jij die meer in huis hebt, het zo lastig hebt. En juist succeservaringen heb je keihard nodig wanneer je niet bepaald gemiddeld bent. Op school, maar zeker ook later in het werkende leven.
Perfectionisme en het vermogen tot in detail scherp te zien, leiden onvermijdelijk tot (zelf)twijfel, wat niet bevorderlijk is voor het succesvol aan de man brengen van je idee, product of dienst. Je ziet altijd wat er beter kan. Of in jouw ogen beter moet! Dit geldt ook voor jezelf ‘vermarkten’. Er wordt meer en meer verwacht dat je jezelf presenteert, verkoopt en jezelf beschouwt als ‘Brand called You’. Alleen is de meetlat waar jij jezelf langs langs legt zo hoog, dat deze verlammend werkt. Je stemmetje vertelt je dat je nooit kunt voldoen aan het ideaalplaatje dat je voor ogen hebt, dat anderen je vast zullen uitlachen omdat ze ‘het’ niet zien. Deze dynamiek aan de binnenzijde van je persoon is een grote rem op het zelfbewust uitkomen voor je hoogbegaafdheid. Maar daarmee zijn we er nog niet. Ook de buitenwereld werkt niet altijd mee in dit opzicht. Het beeld dat de meeste mensen bij hoogbegaafdheid hebben, klopt (nog) niet.
Gebrek aan kennis, overvloed aan vooroordelen en verkeerde aannames
De tweede reden waarom het lastig kan zijn om uit de hb-kast te komen is extern: de mogelijke reactie van de buitenwereld. Het is een teken des tijds: ergens weinig tot niets over weten, maar wel een mening over hebben en deze stellig verkondigen. Zoals Clint Eastwood al zei: “Opinions are like assholes, everyone’s got one.” De twijfel die hoogbegaafden kenmerkt, lijkt anderen niet in de weg te zitten bij het hebben van een uitgesproken mening over hoogbegaafden, hoe onterecht ook. Dit is mede gerelateerd aan de volgende typisch Amerikaanse uitspraak: “Nobody likes a show-off.” Al te vaak wordt wat hoogbegaafden vanuit hun creatieve drang en interne motivatie laten zien, onterecht geïnterpreteerd als showing off. Niet ieder ego kan even goed omgaan met het feit dat anderen zo schijnbaar makkelijk helder stralen. Dat wordt snel als bedreigend ervaren.
Wat ook niet helpt, is dat het gemiddelde beeld dat nogal wat mensen van hoogbegaafden hebben, gekoppeld is aan extreme prestaties in de exacte vakken. Denk Albert Einstein. Of dichter bij huis het wonderkind Laurent Simons. Al wat beter kloppend is wanneer er ook gedacht wordt aan mensen als Zaha Hadid, Martha Graham, Stromae of bijvoorbeeld Elon Musk. Het gelijkschakelen van hoogbegaafdheid aan breed erkende, uitzonderlijke prestaties in de wereld zoals die tot op heden is, is alleen niet terecht. Ver afwijken van de norm maakt het namelijk niet eenvoudig om je potentieel om te zetten. Zeker niet wanneer je meer generalistisch bent ingesteld, dan specialistisch in een gevraagd of populair vakgebied.
Beelden kunnen hardnekkig zijn: zodra ze zich in je hoofd hebben genesteld, krijg je ze er maar moeilijk weer uit, ook wanneer ze verkeerd zijn. Wellicht is dat de ware boodschap van “Gij zult geen beeld maken.” Daarom zou het goed zijn, wanneer er veel meer bekendheid wordt gegeven aan wat hoogbegaafdheid is en wat het zeker niet is. Mij lijkt het goed om daar bij Biologie of Burgerschap op school al aandacht aan te besteden. Sowieso op de Pabo en in de zorg natuurlijk, maar ook bij opleidingen als Human Resources, Personeelszaken, Management en Organisatiekunde. Daarbij zou ik hoogbegaafdheid zeker niet alleen koppelen aan intelligentie, maar vooral laten aansluiten bij de definitie volgens het Delphi model:
“Een hoogbegaafde is een snelle en slimme denker, die complexe zaken aankan. Autonoom, nieuwsgierig en gedreven van aard. Een sensitief en emotioneel mens. Intens levend. Hij of zij schept plezier in creëren.”
Met deze omschrijving in het achterhoofd, wordt direct duidelijk dat er vele variaties van hoogbegaafdheid zijn. En dat er dus zeker niet een standaardbeeld is waar alle hoogbegaafden aan voldoen.
Als hoogbegaafde kun je ook nog eens te maken krijgen met hardnekkige misvattingen die het lastig maken om voor je hoogbegaafdheid uit te komen. Om er twee uit te lichten die in het radio-interview aan bod kwamen:
Hoogbegaafden kunnen alles goed en hebben geen ondersteuning nodig.
Hoogbegaafden zijn sociaal onhandig.
Als hoogbegaafde kun je in veel gevallen ondersteuning juist wel heel goed gebruiken. Bijvoorbeeld bij het leren omgaan met je emotionele intensiteit, bij het snel verveeld raken, bij je perfectionisme of het worstelen met executieve functies. Voor sociale onhandigheid bij hoogbegaafdheid bestaat dan weer geen enkel wetenschappelijk bewijs. Of zoals Sofie van de Waart het zegt: “Hoogbegaafden zijn soms misschien sociaal minder begaafd, maar dat geldt net zo goed voor gewone mensen, dus dat hoeft niet per se samen te gaan met hoogbegaafd zijn."
Hoogbegaafd = uit de hoogte?
Het moet gezegd worden, de term hoogbegaafd associeert niet lekker: boven een ander staand, neerkijkend, superieur, arrogant, elitair etc. Mensen kunnen, wanneer je aangeeft hoogbegaafd te zijn, daardoor gaan verwachten dat je uit de hoogte gaat doen, het hoog in de bol hebt en dat is, terecht, een doodzonde in egalitair Nederland.
Ook zit er een weeffout in de term hoogbegaafdheid zelf, zo kwam tijdens een lunch bij de Gemeente Tilburg ter sprake. Maurice van Ham gaf aan dat hij de term ‘sterkbegaafd’ veel logischer zou vinden, aangezien aan de onderkant van de IQ curve wordt gesproken over zwakbegaafd. Toen hij het zei, dacht ik: “waarom heb ik dat niet eerder gezien!” Een Cruijff momentje.
Maar er is meer. Er zijn diverse intelligentiecurves met verschillende terminologieën in omloop. Zoals die hierboven. Mijn gevoel voor systemen, symmetrie en modellen krijgt hier de kriebels van. Op één curve worden namelijk verschillende spectra bij elkaar geveegd:
beperkt <-> onbeperkt,
zwak <-> sterk,
normaal <-> abnormaal,
minder <-> meer en
laag <-> hoog!
So which one is it?!?!?! It’s enough to leave you dazed and confused! Dit is verwarrend, onlogisch en eerlijk gezegd juist bij dit thema onbegrijpelijk. Het komt weinig intelligent over en is zeker niet in lijn met de grote aandacht voor patronen en details die juist hoogbegaafden plegen te hebben. Het is niet bepaald helpend bij het creëren van een helder beeld over hoogbegaafdheid.
Maurice van Ham, die het thema aansneed, gaf aan sterkbegaafd de juiste term te vinden en dat voelt voor mij nog wel als de beste. Dan ben je in elk geval meteen af van het idee boven een ander te staan. En woorden doen er toe, want zij triggeren de beelden in je hoofd.
Noem het beestje bij de naam
If it walks like a duck, swims like a duck and quacks like a duck, it probably is a duck. Om de vaardigheden te ontdekken waar Linda Silverman in bovenstaande quote over spreekt, zul je accuraat moeten vaststellen waar je over spreekt. Alleen dan kun je eventuele problemen onderbouwd gaan oplossen, het talent van hoogbegaafden ontdekken en tot bloei laten komen. Er is zoveel onderzoek gedaan naar hoogbegaafdheid, zoveel professionals hebben hier jarenlange ervaring mee opgedaan, dat er een stevige basis staat voor het goed kunnen ondersteunen van hoogbegaafden in onderwijs en werk. Ja, er is nog veel werk aan de winkel, maar dat zit hem meer in de verspreiding van kennis, inzichten en hulpmiddelen, dan in de kennis zelf. Daarom gebruik ik zelf de term hoogbegaafd, ook al heeft sterkbegaafd mijn persoonlijke voorkeur. Een omschrijving gebruiken als ‘anders bedraad’ om de verwachte acceptatiegraad van mijn coming out te verhogen, zal ik niet zo snel doen. Het is mij te eufemistisch. Nu van paard wisselen qua terminologie, zou zonde zijn van alles wat is opgebouwd en dat risico is best reëel.
‘Neurodiversiteit’ is goed bezig allerlei om barrières te slechten en bewustzijn te creëren voor verschillen in de mentale make-up tussen mensen. Dat het een actueel thema is bij veel HR afdelingen en Personeelszaken, is een groot pluspunt. Er kan eindelijk over gesproken worden en budgetten komen beschikbaar voor training en werkarrangementen op maat. We gaan, dat is in elk geval de intentie, eindelijk eens actief en positief gebruik maken van hoe alle breinen werken. Een goede zaak, ik ben er blij mee. Toch kleeft er wel het risico aan, dat neurodiversiteit een vergaarbak wordt, een containerbegrip waar van alles en nog wat onder geschaard kan worden. Wanneer iedereen neurodivers is, is niemand het. Plus wat zegt het dan überhaupt nog? De sensitiviteit van hoogbegaafden is echt anders dan die van hoogsensitieven, zo merk ik keer op keer bij begeleidingen. En vraagt dus ook om een wat andere benadering om er goed mee om te gaan.
Dat de misdiagnoses bij hoogbegaafdheid, met name ADHD en ASS, talrijk en alomtegenwoordig zijn, wist ik. Maar dat mijn post op LinkedIn hierover meer dan 27.000 keer bekeken en veel gedeeld zou worden, heeft me desondanks verrast. Het zou zonde zijn wanneer de specifieke aspecten van hoogbegaafdheid door het gebruik van de kapstok neurodiversiteit, ondergesneeuwd zouden raken. Of zouden leiden tot verkeerde diagnoses en daarmee menselijk leed.
Er bestaat bovendien een klein, maar reëel, risico dat neurodivers, net zoals imposter syndrome, tot een excuus verwordt voor niet goed functioneren, een excuus voor het niet waarmaken van wat je voor ogen had en voor onaangepast gedrag. Je hoeft dan geen verantwoordelijkheid te nemen voor je eigen aandeel want “je bent nu eenmaal zo (geworden)”. Neurodiversiteit wordt dan een reden die wordt gegeven om oorzaken niet bij jezelf te zoeken, niet met jezelf aan de slag te gaan en te blijven wijzen naar de buitenwereld die zich maar aan jou moet aanpassen. Wanneer ik deze neiging bij mijn cliënten waarneem, stel ik steevast de vraag: “Wil je door mij nu bevestigd worden in je gelijk of wil je gelukkig worden?”
Succesvolle integratie van hoogbegaafden in het onderwijs of op de werkplek vraagt om tweerichtingsverkeer. De aanpassing moet van beide kanten komen. Bovendien is een externe locus of control, het zien van de buitenwereld als bepalend voor jouw levenservaringen, psychologisch gezien zeer onwenselijk. Het staat dan ook haaks op wat we met Your Evolving Self beogen: zelf als hoogbegaafde weer aan het stuur komen te staan van je persoonlijke en professionele leven, ongeacht de omstandigheden. Juist de groep hoogbegaafden waarbij het niet vanzelf gaat in onderwijs, relaties en werk, ontwikkelt snel een externe locus of control en die zul je naar binnen moeten verleggen, wil je daadwerkelijk resultaat boeken met je begeleiding.
“Uitkomen voor hoogbegaafdheid gaat niet zozeer over jou, als wel over het accuraat benoemen van verschillen, waardoor helderheid ontstaat voor jezelf en de buitenwereld.”
Het is wat het is en niet anders. Hoe goed bedoeld ook, uitspraken als “iedereen is getalenteerd” of “we zijn allemaal gelijk” zijn niet alleen niet helpend, ze zijn misleidend. Verschillen bestaan, de natuur zit er vol mee. Dat ‘nicht war haben wollen’ zoals onze oosterburen zeggen, is een teken van een gebrek aan realiteitszin, aan gebrek aan een volwassen onderscheidend vermogen. Dat ieder mensenleven de moeite waard is, wil niet zeggen dat iedereen over een gelijkwaardig potentieel beschikt. Dat we allemaal deel uitmaken van dezelfde bron, wil niet zeggen dat we hetzelfde zijn. Juist niet, dat is namelijk de zin van dit al: de individuele ervaring als deel van het geheel. Zonder individuele kleuren geen regenboog per slot van rekening. Er bestaat geen werkelijk ‘samen’ zonder daadwerkelijk verschillende individuen. Anders praat je over een borg, over een hive-mind waarbinnen geen plaats is voor vrije wil of een geheel eigen kijk op de dingen. En de mensheid is bedoeld om zoveel meer te zijn.
Labels loslaten: pas nÁ bewezen diensten
Uitkomen voor hoogbegaafdheid raakt aan een discussie de steeds prominenter wordt, die van de zin en onzin van labels. Zo spreekt psychiater Jim van Os zich uitdrukkelijk uit tegen het gebruik van labels. Ik snap waar zijn redenatie vandaan komt. Diagnoses en labels komen weinig sympathiek over, alsof ze belangrijker zijn dan de mens die het betreft, en ze zijn zeker niet altijd helpend.
Binnen het onderwijs is bovendien maar al te vaak de realiteit, dat je geen aanspraak kunt maken op bepaalde faciliteiten, tegemoetkomingen en (financiële) support zonder een specifieke diagnose. Even langs een instantie gaan die je het gewenste label geeft, is dan, chargerend uiteraard, de weg die velen gaan. Een weg waardoor in het geval van hoogbegaafden, evenwel misdiagnoses kunnen ontstaan.
Er is dus genoeg dat tegen een star gebruik van labels spreekt. Toch lijkt het me niet handig om het kind met het badwater weg te gooien. Ik zie in de praktijk wel degelijk de meerwaarde van het label hoogbegaafd, juist omdat er zoveel onderzoek naar verricht is. Bij mijzelf en mijn cliënten zie ik de enorme meerwaarde die het herbezien van je biografie door de lens van hoogbegaafdheid, oplevert.
Daarom gebruik ik zelf zonder aarzelen de term hoogbegaafd (en helaas niet sterkbegaafd, that ship has sailed). Niet zozeer voor mezelf, labels interesseren me an sich werkelijk niets, ik ervaar inmiddels vrijwel alleen maar voordelen van mijn hoogbegaafdheid en wat heb ik op mijn leeftijd nog te bewijzen dat mijn publicaties en mijn werk niet voor mij doen. Ik doe het om anderen aan te moedigen uit de kast te komen, om de juiste hulp en support te krijgen. Om zo zelf beter te snappen hoe ze in elkaar zitten en tot bloei kunnen komen. Om zo beter uit te kunnen leggen aan de buitenwereld (partner, baas, collega’s) hoe hun gebruiksaanwijzing eruit ziet.
“Labels en diagnoses kunnen beperken en stigmatiseren, maar ook helpend zijn. Zolang je er baat bij hebt en je jezelf er niet volledig mee identificeert, hoef je ze zeker niet los te laten.”
Vanzelfsprekend ben je meer dan welk label dan ook. Een diagnose kan een complex mens nooit volledig omvatten. Maar zolang je er baat bij hebt, zolang het helpend is, zou ik niet aarzelen om het te gebruiken. Zonder jezelf er volledig mee te identificeren uiteraard, zie het puur functioneel. Aarzel dan ook niet om uit te komen voor je hoogbegaafdheid. Na bewezen diensten kun je het label altijd nog vriendelijk bedanken en er weer afscheid van nemen.
Tot slot
Hoogbegaafd of niet, je bent als mens nooit klaar met ontwikkelen, je bent nooit af. Je kunt altijd weer nieuwe kanten van jezelf te ontdekken, zeker wanneer je omstandigheden flink veranderen. Het heden ten dage veelgehoorde cliché ‘worden wie je bent’ is een teken van een beperkte blik op het ontwikkelvermogen van de neuroplastische mens. Wie je kúnt worden, is veel meer dan wie je nu denkt te zijn of zou willen zijn in je fantasie. Meer dan wat het in de samenleving goed doet in een bepaald tijdsgewricht.
Je aansluiten bij de mutual admiration and validation society is sowieso een ticket voor een ongelukkig leven. De prijs voor een paar kortdurende feel good dopaminehits is het leven van een false self. Aangejaagd door de sociale media is dat helaas een route die velen, zeker van de jongere generaties, volgen. Om met El Leon te spreken: digital narcissism is real. En het is venijnig, zo valt bijvoorbeeld te zien op het illustere How can I make this about me twitteraccount. Maar ook terug te zien in het gebruik van drugs, antidepressiva, toenemende aantallen singles en de vlucht in publiek geëtaleerd deugactivisme.
Het cirkelgedicht parafraserend, is wat we met de Your Evolving Self ontwikkelbegeleiding beogen, juist de creatie van een Self-reconnect-lens. Weer bij je ware zelf komen, om vervolgens op de ontdekkingsreis te gaan die het leven zou moeten zijn. Op basis van je ware oorsprong, je ware identiteit, je ware potentieel én de bestaande realiteit. Los van opvoeding, trauma, tribe, trends, ideologieën, clicks, likes en andere externe invloeden en programmatuur. Want wie je kunt zijn, ligt besloten in je hogere zelf, niet in je ego en zeker niet in de waan van de dag, groepssentiment of de externe prikkels die je 24/7 via het beeldscherm kunnen bereiken.
En dát is nu eens echt wat het is.
Dirk Anton van Mulligen
© April 2024, alle rechten voorbehouden.
Bijzondere dank aan Noelle Kamminga voor het mogen opnemen van haar cirkelgedicht ‘Het zelf-fool-filtertje’. Noelle is neurowetenschapper en auteur van Breinfitness. Thanks Noelle!
Misvattingen over hoogbegaafdheid: Interview NPO Radio1
Op 13 maart 2024 werden Sofie van de Waart en Dirk Anton van Mulligen geïnterviewd door Jurgen van den Berg op Radio1 voor Omroep Max over hoogbegaafdheid en de misvattingen daarover. Dit ter gelegenheid van de week van de hoogbegaafdheid. In deze blog een korte samenvatting van het interview met aansluitend de link naar de video, zodat je het hele interview kunt terugluisteren en -kijken.
Op 13 maart 2024 werden Sofie van de Waart en Dirk Anton van Mulligen geïnterviewd door Jurgen van den Berg op Radio1 voor Omroep Max over hoogbegaafdheid en de misvattingen daarover. Dit ter gelegenheid van de week van de hoogbegaafdheid. In deze blog een korte samenvatting van het interview met aansluitend de link naar de video, zodat je het hele interview kunt terugluisteren en -kijken.
Bij hoogbegaafdheid wordt er vaak gedacht aan de stereotypen: superslimme mensen die moeiteloos door het leven gaan. Maar klopt dat beeld wel? Dirk Anton van Mulligen, een hoogbegaafde die andere hoogbegaafden begeleidt in hun loopbaan, en onderwijsspecialist Sofie van de Waart delen hun blik hierop in de Week van de Hoogbegaafdheid in Villa VdB.
Van Mulligen ontdekte pas op latere leeftijd zijn hoogbegaafdheid: "Het kwartje viel rond mijn 25e. Hoewel ik altijd bovengemiddeld slim was, realiseerde ik me het pas na een aannametest bij het Ministerie van Economische Zaken. De psycholoog, die tegen z'n pensioen aanzat, zei dat hij in al die jaren nog nooit iemand had gezien met zo'n hoge score op de test."
Nadelen
Hoogbegaafdheid brengt niet alleen voordelen met zich mee, benadrukt Van Mulligen: "Je doorziet dingen snel, maar daardoor ben je ook erg snel verveeld. Hoe meer ik verplicht in het gareel moest lopen, hoe slechter de prestaties werden. Veel hoogbegaafden, en ik als kind ook, kunnen heel sensitief zijn voor geluiden. Maar we kunnen ook erg emotioneel sensitief zijn."
Daarnaast is het beeld dat hoogbegaafde kinderen zonder zorgen door school gaan een misvatting, vertelt onderwijsspecialist Sofie van de Waart: "Het onderwijssysteem is vaak niet afgestemd op hun snelheid, waardoor ze kunnen vastlopen. Een hoogbegaafd kind zou in principe in 3 jaar de basisschooltijd kunnen afronden." Op school is herkenning dus cruciaal vertelt Van de Waart: "Ontwikkelingsgelijken zijn belangrijk voor het welzijn van hoogbegaafde kinderen." Om die reden richtte Van de Waart een speciale klas voor hoogbegaafde kinderen op.
Arbeidsmarkt
Op de arbeidsmarkt ervaren hoogbegaafden uitdagingen. Van Mulligen legt uit: "Ze hebben behoefte aan vrijheid en kunnen moeite hebben met autoriteit." Niet elke organisatie past bij hoogbegaafden: "Als baas van een hoogbegaafde moet je er goed mee om kunnen gaan. Zo hebben sommige hoogbegaafden een heel sterk rechtvaardigheidsgevoel. Nou, binnen grote organisaties zijn soms heel veel politieke spelletjes, procedures, protocollen.. Dat zijn allemaal van die dingen die niet zo heel goed passen bij hoogbegaafden. Heel veel hoogbegaafden willen op voet van gelijkheid vooral resultaatgericht werken en lekker snel. En dat kan soms wringen."
Sociaal onhandig?
Tot slot vertelt Van de Waart nog dat hoogbegaafdheid gaat niet gepaard met sociale onhandigheid, zoals vaak wordt gedacht: "Dat is een misvatting, daar is ook geen wetenschappelijk bewijs voor. Ze zijn soms misschien sociaal minder begaafd, maar dat geldt net zo goed voor gewone mensen, dus dat hoeft niet per se samen te gaan met hoogbegaafd zijn."
Kijk en luister hier het hele interview terug.
Succesvol innoveren als hoogbegaafde: geef het stokje door
“Het liefst zou ik bij een think tank willen werken.” Kreeg ik maar een euro voor elke keer dat ik dat gehoord heb. Veel hoogbegaafden zien een denktank als de ideale plaats om hun vernieuwende ideeën te laten landen. Daar doe je alleen jezelf mee tekort én maak je het jezelf te makkelijk. Het is té veilig en teveel op afstand. Denktanks produceren maar al te vaak analyses, modellen, ontwerpen, rapporten en scenario’s die niet alleen ver van de praktische realiteit staan, ze leiden maar beperkt tot concrete verbeteringen.
Een innovatief idee, briljante oplossing of vernieuwende creatie daadwerkelijk laten manifesteren in deze weerbarstige realiteit, is niet eenvoudig. Maar dat geeft wel het meeste voldoening, het heeft zin. En zingeving is niet voor niets waar de meeste hoogbegaafden door gedreven worden. Het is dus de moeite waard om er je energie in te steken.
In deze blog krijg je inzichten en handvatten die je daarbij kunnen helpen, o.a. door het omkeren van een Bell curve. Nieuwsgierig geworden? Lees dan vooral verder.
Blog ter gelegenheid van de Week van de Hoogbegaafdheid 9-17 maart 2024 van
Dirk Anton van Mulligen.
“Wanneer zien ze nu eindelijk eens wat ik te bieden heb” gevolgd door “Het liefst zou ik bij een think tank willen werken.” Kreeg ik maar een euro voor elke keer dat ik dat gehoord heb. Veel hoogbegaafden zien een denktank als de ideale plaats om hun vernieuwende ideeën te laten landen. Op het eerste gezicht ligt dat erg voor de hand, maar wanneer je er wat langer over nadenkt, wordt duidelijk dat je daar jezelf mee tekort doet én het jezelf te makkelijk maakt. Het is te veilig, te vrijblijvend en teveel op afstand. Denktanks produceren namelijk maar al te vaak analyses, modellen, ontwerpen, rapporten en scenario’s die niet alleen ver van de praktische realiteit staan, ze leiden maar beperkt tot concrete verbeteringen.
Een innovatief idee, briljante oplossing of vernieuwende creatie daadwerkelijk laten manifesteren in deze weerbarstige realiteit, is niet eenvoudig. Maar dat geeft wel het meeste voldoening, het heeft zin. En zingeving is niet voor niets waar de meeste hoogbegaafden door gedreven worden. Het is dus de moeite waard om er je energie in te steken.
In deze blog krijg je inzichten en handvatten die je daarbij kunnen helpen, o.a. door het omkeren van de Bell curve. Nieuwsgierig geworden? Lees dan vooral verder.
Een woord vooraf
Vier keer eerder publiceerden we vanuit Your Evolving Self ter gelegenheid van de Week van de Hoogbegaafdheid. Dirk Anton van Mulligen gaf in 2020 een autobiografische open kimono over hoe het is om hoogbegaafd te zijn in ‘Hoogbegaafd, een vloek en een zegen’. In 2021 schreef Kim Castenmiller over de hoogbegaafde thuiszitter in ‘Slim maar niet op school’. De rollercoaster ride waarin ouders van hoogbegaafde kinderen kunnen belanden, was in 2022 het onderwerp van hun gezamenlijke blog ‘Wanneer de eerste steen valt’. Vorig jaar schreven ze over ‘Hoogbegaafden als driver van vernieuwing’.
De bijdrage van dit jaar borduurt voort op deze laatste en op het boek ‘Geef je organisatie toekomst’ dat Kim en Dirk Anton samen schreven. De reden is simpel: de creatieve vernieuwingskracht die hoogbegaafden kunnen bieden, is harder nodig dan ooit. De Europese economie staat op een kantelpunt. Verdere de-industrialisatie zonder innovatieve, levensvatbare alternatieven bedreigt ons lange termijn welvaartsniveau. Ook ontmoeten we bijna dagelijks begaafden die aangeven zo ongeveer uit elkaar gaan te spatten, wanneer ze er niet snel in slagen hun vernieuwende ideeën de wereld in te brengen. Hoog tijd om door te pakken met het verwezenlijken van het innovatieve potentieel van hoogbegaafden.
Tot slot: innovatie kan betrekking hebben op een nieuwe technologie, maar hoeft dat zeker niet. Sociale vernieuwing, onderwijsinnovatie, nieuwe kunstvormen en dergelijke horen er zeker ook bij.
Hoogbegaafden als vernieuwers
De vernieuwende kracht van hoogbegaafden is al langer bekend. Zo schreef de nestrix van hoogbegaafdheid in Nederland Noks Nauta samen met Frans Corten en Sieuwke Ronner in 2006 een paper met de titel ‘Hoogbegaafde medewerkers: sleutel tot innovatie?’ Hun stelling ‘hoogbegaafden kunnen een unieke en substantiële bijdrage leveren aan innovaties in organisaties’ onderschrijf ik volledig. De vraag is natuurlijk waarom dat zo is en hoe je daadwerkelijk innovatief potentieel tot wasdom kunt brengen. Het vraagt namelijk om meer dan alleen het werk zo inrichten dat het de hoogbegaafde past. Voor het daadwerkelijk succesvol implementeren van een innovatie binnen en buiten de organisatie, komt veel meer kijken. Daarover lees je verderop.
Maar wat maakt hoogbegaafden nu zo innovatief aangelegd? Er komen in hoogbegaafden een paar hiervoor wezenlijke eigenschappen bij elkaar:
grote hoeveelheden informatie kunnen waarnemen en opnemen,
snel complexe patronen herkennen en (parallel) verwerken,
creatieve oplossingen kunnen verzinnen (bv. via divergentie of associatie),
perfectionisme (oftewel de drang tot steeds verder perfectioneren),
grote drang tot creatie en
een flinke dosis eigenzinnigheid.
Toch dekt dit niet de volledige lading. Veel hoogbegaafden kennen het gevoel van divine discontent, de goddelijke ontevredenheid met wat is, maar al te goed. Dat strekt zich ook uit tot hun eigen prestaties. Ze zijn niet snel tevreden en vieren maar zelden wat ze bereikt hebben. Ze willen weer door, op naar het volgende avontuur, het volgende project, de volgende puzzel, de volgende uitdaging. Hun meest recente prestatie ligt voor hun gevoel al ver in het verleden. Ze hebben een toekomstgerichtheid die anderen niet, of zeker niet in die mate, lijken te bezitten. Ze kunnen waargenomen patronen makkelijk doortrekken in de tijd die nog komen gaat. Dit is zo inherent verbonden met hoogbegaafd zijn, dat ‘Vernieuwende drive’ één van de drie pijlers vormt van het Your Evolving Self ontwikkelassessment.
De overkoepelende gave die hoogbegaafden hebben en ze bij uitstek geschikt maakt voor innoveren is namelijk deze: het maximale potentieel zien van iets of iemand, de optimale uitkomst in een emerging future. Dit creëert het ware noorden van het kompas waar hoogbegaafden op varen. En wat overigens ook onvermijdelijk leidt tot teleurstelling: Een ideaal voor ogen vertaalt zich namelijk nooit zonder ‘compressieverliezen’ naar de materiële wereld. Of waar het het zien van het potentieel van mensen betreft: de vrije wil leidt ertoe dat velen er voor kiezen genoegen te nemen met ‘goed genoeg’ of zelfs volharden in keuzes die eigenlijk niet bij ze passen, tot schade en schande aan toe. Dit alles moeten aanzien, ervaren hoogbegaafden als zeer pijnlijk, net als de lange tijd die een manifestatieproces nu eenmaal vraagt.
En aangezien de toekomst immer im werden is, is het heel goed mogelijk dat wat op een gegeven moment een zeer haalbaar toekomstperspectief is, enige tijd later buiten bereik blijkt te liggen. Het plan waar je aan werkt, kan ineens achterhaald blijken te zijn. That’s the way the fortune cookie sometimes crumbles. Dit versterkt mogelijk gevoelde frustratie, wanhoop en irritatie. De toekomst wordt nu eenmaal gecreëerd vanuit de dynamische velden van possibility & probability. Daarop afgestemd zijn, is daarmee zowel een vloek als een zegen.
“The gifted are
’evolutionarily driven to create’
and
‘created to drive evolution’. ”
Het is geen toeval dat er steeds meer creatief-, meer- en hoogbegaafden komen. De extreme veranderdruk op de mensheid als geheel leidt daar onvermijdelijk toe. Hoogbegaafdheid is - hypothese waarschuwing - een adaptatie om de mensheid als geheel toekomstbestendig te maken voor de Information Age. Een naar voren gerichte activering, getriggerd door enorme veranderingen in omstandigheden, door een ongekende en massieve input van nieuwe informatie. Veel hoogbegaafde kinderen hebben niet voor niets een duidelijk gevoelde missie om de, vaak ook spirituele, ontwikkeling van de mensheid te versnellen. Dit, zodat we de door bomen van informatie het zicht op de wijsheid van het bos niet verliezen. Al op zeer jonge leeftijd hebben ze levensinzichten die ouderen versteld doen staan. Maar die ook net zo makkelijk door hen van tafel geveegd kunnen worden, waarmee de enorme waarde die deze kinderen voor de mensheid vertegenwoordigen, teniet wordt gedaan.
Het is aan de huidige volwassen hoogbegaafden, en dan denk ik met name aan die van de Generatie X (grofweg geboren tussen 1965-1980), om de evolutionaire weg voor toekomstige generaties te plaveien. Zij verbinden ervaring met, en gegrondheid in, de wereld zoals die was vóór het beeldschermtijdperk, met gevoel voor wat in de toekomst mogelijk gaat zijn. De voorheen als lost generation bekend staande generatie kan nog wel eens de beslissende brug naar een menselijke en leefbare toekomst blijken te zijn. De bel van haar call to action luidt nu luider dan ooit tevoren.
““What you need now are fresh, independent minds who have:
a heart for the matter,
a brain for the complexity and
the hands(-on) experience with the primary process.
(…)
the real innovators that look where no one else is looking.””
huidige Noodzaak tot innovatie
Wie het nieuws ook maar een beetje gevolgd heeft de afgelopen maanden, heeft Peter Wennink, de vertrekkende topman van het waarschijnlijk belangrijkste bedrijf van Nederland ASML, meerdere keren de alarmbel horen luiden. Zoals hier bij de opening van het lopende academische jaar op de TU/e:
Het probleem waar Wennink het over heeft is namelijk onmiskenbaar: Europa wordt steeds afhankelijker van dure energie uit de US en gaat/mag minder handel drijven met de BRICS landen. Mede hierdoor de-industrialiseert ons continent en koerst af op een kennisvlucht en een economische ramp die nog generaties lang zal doorwerken. Mogelijke afschaffing van de belastingvoordelen voor expats vormt maar het topje van de ijsberg van het vestigingsklimaat. Het voortbestaan van onze welvaartsstaat wordt bedreigd als nooit tevoren. Ondertussen bloeien economisch gezien andere landen buiten Europa steeds meer op. Helaas zijn onze politici nogal beleidsblind, the writing on the wall lijkt ze te ontgaan. Met als groot risico dat ze de writing pas kunnen lezen, wanneer het te laat is.
Peter Wennink ervaart nu de wanhoop die gepaard gaat met de Vloek van Cassandra: het niet geloofd worden, ook al is je voorspelling correct. Iets wat hoogbegaafden maar al te goed kennen en waarover ik al eerder schreef in mijn begaafdheidsautobiografie.
We kunnen niet langer wachten op de politiek en moeten zelf in actie komen, radicaal vernieuwen. Creatief en innovatief worden als nooit tevoren, want daar ligt traditioneel gezien de grote kracht van Europa. Dat ligt verankerd in het Europese DNA. Het ontsluiten van de enorme innovatieve kracht van hoogbegaafden is een belangrijke sleutel daartoe. Maar dan wél met beleid.
“The danger is to cling to comfort and custom at a time when events demand breaking away from both. But it is also foolish to jump at every startling moment. Darwin selects primarily for prudent fast-following.”
Naast de vloek van Cassandra kennen veel hoogbegaafden ook het grote ongeduld en de irritatie wanneer de ontwikkelingen in hun ogen te langzaam gaan. Ze ervaren dan een zodanig grote sense of urgency, dat ze de wijze woorden van Moore vergeten. Dat is begrijpelijk en frustrerend tegelijkertijd. Het vraagt om een flinke dosis emotioneel zelfmanagement om hier constructief mee om te gaan. Maar het zegt ook wat over het type vernieuwer dat ze zijn en welke positie binnen het (maatschappelijke) vernieuwingsproces ze het beste past.
Twee typen begaafden: gifted hunters en intelligent farmers
Sinds 2016 hebben vele honderden begaafden de weg gevonden naar het Your Evolving Self ontwikkelassessment. Daarbij kwam steeds duidelijker een beeld naar voren dat er grofweg qua persoonlijkheid twee typen hoogbegaafden zijn: de Intelligent Farmer en de Gifted Hunter. Naar aanleiding van dit inzicht en de zoektocht van wat daar de evolutionaire achtergrond van zou kunnen zijn, schreef ik de blog ‘A Gifted Hunter in a Farmer’s World’. Waar intelligentie een kwantitatief verschil tussen mensen kan duiden, doet deze indeling het meer kwalitatief. Het gaat dan ook vooral over hard wired persoonlijkheidskenmerken en de innerlijke belevingswereld.
De Intelligent Farmer is bovenmatig intelligent, goed in de executieve functies en in de basis school- & work smart. Door hun hoge intelligentie, snelheid, behoefte aan complexiteit en soms bijzondere interesses hebben Intelligent Farmers meer nodig dan op veel plekken geboden wordt. Wordt hierin voorzien, o.a. door te compacten en te verrijken binnen het onderwijs, dan zijn ze evenwel prima in staat om op hoog niveau in onze samenleving mee te draaien. Ze worden bijvoorbeeld als expert in een specifiek vakgebied of (top)manager. Met deze groep hoogbegaafden gaat het over het algemeen goed.
Gifted Hunters hebben het lastiger in de overgereguleerde samenleving van nu. Ze kampen vaker met overexcitabilities en zijn niet zelden visueel ingesteld en/of dyslectisch, wat lastig is op veel plekken. Vaak zijn ze ook meer associatief, creatief, complex en non-lineair in hun denken dan de Intelligent Farmer. Hier speelt overduidelijk meer dan alleen een hoge intelligentie gecombineerd met gevoeligheid en ADHD-trekjes. Meer dan het kampen met onhandige eigenschappen overgebleven uit vervlogen tijden, belichaamt de Gifted Hunter de vernieuwende, creatieve doelgerichtheid die nodig is om relevant te blijven in de tijd van automatisering en kunstmatige intelligentie.
Met het Your Evoling Self ontwikkelassessment zien we dat sommige begaafden pure gifted hunters zijn, anderen juist intelligent farmers. Maar vooral komen we mengvormen tegen, waarbij het ene of andere type wel duidelijk overheerst. Hoogbegaafden laten zich nu eenmaal slecht in een hokje vangen.😉 Het biedt in elk geval aanknopingspunten waarin en waar je het meeste tot je recht kunt komen.
Beide typen hebben namelijk een eigen rol te spelen in het realiseren van vernieuwing zoals we verderop zullen lezen. En beiden hebben elkaar nodig. Of zoals ik eerder schreef: “Want zoals de Gifted Hunter een Intelligent Farmer nodig heeft voor het opschalen, managen en bestendigen van zijn ‘vangst’, van zijn initiatieven, innovaties, creaties en oplossingen, hebben Farmers de Gifted Hunter anno nu nodig om hun Farmer’s World een toekomst te geven.” Om duidelijk te maken hoe dat zit, moeten we kijken naar de zogenaamde innovatie adoptie curve.
De Bell curve van vernieuwing
Wat we tegenwoordig kennen als de innovatie adoptie curve, was oorspronkelijk ontwikkeld door communicatiewetenschapper en socioloog Everett Rogers als de theorie van de Diffusie van innovatie. Deze curve toont hoe, met de tijd, het gebruik van een nieuwe technologie momentum krijgt en zich verspreidt door een organisatie. Het eindresultaat van dit proces is dat vrijwel iedereen in de organisatie de technologie gebruikt, de diffusie is dan voltooid. Later werd dit doorgetrokken naar hoe innovaties een markt veroveren en zelfs ideeën de wereld.
Rogers onderscheidde hierbij meerdere groepen, die ieder op heel eigen wijze omgaan met vernieuwing, en creëerde aan de hand daarvan deze curve:
Deze curve is van toepassing op elke vernieuwing, zowel binnen als buiten organisaties, zowel technologisch als maatschappelijk. Waar je ook kijkt, je kunt altijd deze groepen onderscheiden:
De innovators creëren een vernieuwing vanuit hun intrinsieke, creatieve motivatie, zij zijn de technologists,
de early adopters pikken deze vinding als eerste op omdat ze het potentieel van de vernieuwing zien, zij zijn visionairen,
de early majority omarmt de vernieuwing via gebleken voordelen bij anderen, deze groep bestaat uit pragmatici,
de late majority gaan deze pas omarmen wanneer ze ‘er steeds minder bij gaan horen zonder X of Y’ en de voordelen niet meer te ontkennen zijn, dit zijn de conservatieven, en
de laggards, ook wel sceptici, zijn zó veranderingsavers, dat ze pas naar het nieuwe overschakelen, wanneer het traditionele alternatief niet langer meer voorhanden is.
Zo’n 2,5% van de mensen is een innovator. 13,5% een early adopter. Dit zijn uiteraard de percentages die horen bij de standaardafwijking van de respectievelijke groepen. Naast leeftijd, inkomen, sociaal netwerk en lifestyle zijn vooral persoonlijkheidskenmerken en opleidingsniveau bepalend voor de groep tot welke iemand behoort.
Flipping the bell curve
To get the obvious out of the way: de bell curve van intelligentie is natuurlijk niet de enige factor die bepalend is voor begaafdheid. Ook vallen er kanttekeningen te zetten bij iq als maatstaf zelf. Daar hebben Kim en ik over geschreven in onze Analyse van de Hoogbegaafdheidsketen regio Midden-Brabant. Zie het gebruik van deze curve hier dan ook als een metafoor-plus: meer dan alleen een treffende vergelijking, maar ook weer niet absoluut geldend.
Nu we dat gehad hebben, kunnen we gaan doen wat je op dit punt waarschijnlijk wel ziet aankomen: de innovatie adoptie curve omkeren en deze afzetten tegen de intelligentiecurve. Aangezien de drang tot vernieuwing zo inherent verbonden is met begaafd zijn, is de werkhypothese ‘hoe begaafder, hoe vernieuwender’ zeker geen greep in het luchtledige. Hierdoor valt er juist veel op zijn plaats:
Door de innovatiecurve om te keren, zie je dat (uitzonderlijk) hoogbegaafden samenvallen met de innovators en dat past wonderwel. Ze zijn creatief, inhoudelijk gedreven, vernieuwingsgericht en beschikken doorgaans over een sterke gifted hunter kant. Zij zijn zeer geschikt voor experimentele en fundamentele innovatie, waarvoor ze voldoende ruimte, vrijheid, faciliteiten en mandaat moeten krijgen. Het zijn per slot van rekening baanbrekende hunters.
De meerbegaafden vormen op deze wijze de groep early adopters Ze zien de mogelijkheden van de toepassing van een vernieuwing, hebben visie en beschikken over een sterke intelligent farmer persoonlijkheid. Ze zijn geschikt voor het doorontwikkelen en perfectioneren van het bestaande en voor de meer planbare (deel)innovaties. Ze kunnen ook de verbinding leggen met de early majority binnen een organisatie en deze vanuit leidinggevende posities aansturen. Je ziet deze groep dan ook het meest terug in management development trajecten, dit zijn de high potentials binnen het systeem. Ze hebben de vernieuwende input van de creatieve innovators evenwel hard nodig om een voortrekkersrol te spelen en staan voor de uitdaging om de grote barrière tot het bereiken van de rest van de organisatie te slechten.
Persoonlijke observatie: Puur vanuit intelligentie bezien, vind je hoogbegaafden overigens absoluut in beide groepen terug. Hun persoonlijkheid en vernieuwingsgerichtheid, gifted hunter of intelligent farmer, zijn dan bepalend of diegene een innovator is of toch meer een early adopter.
de kloof overbruggen
Alleen een superieure technologie (als bedrijf) of de beste strategie (als think tank) ontwikkelen, is onvoldoende om deze in de praktijk te laten slagen. Het meest illustratieve voorbeeld hiervan is waarschijnlijk de briljante mislukking van het Video 2000 systeem van Philips.
“Er zijn cruciale verschillen tussen het zien van het potentieel van een technologie, het potentieel van de toepassing van die technologie en het daadwerkelijk op grote schaal gebruik gaan maken van die technologie.
Innovators zijn gericht op het eerste, Early Adopters op het tweede.
Beslissend is evenwel het bereiken van de Early Majority. ”
Om een vernieuwing daadwerkelijk breed geaccepteerd te krijgen, is het namelijk nodig om een kloof tussen de early adopters en de early majority, ook bekend staand als the chasm, te overbruggen.
Pas wanneer de early majority ‘om’ is, gaat een innovatie zich door de hele organisatie/samenleving verspreiden. En dat gaat niet vanzelf. Ieder van de vijf groepen vraagt om een andere aanpak om ze overtuigen van de meerwaarde van een vernieuwing. Om succesvol te zijn, zul je hier bewust rekening mee moeten houden.
“Five distinct groups can be identified and a good innovation plan caters for the differences between them and has different communication strategies for each group.”
Daarbij ziet Moore een fundamenteel verschil tussen de innovators en early adopters enerzijds, zeg maar de begaafden van een populatie, en de overige groepen anderzijds. De innovators zijn enorm inhoudelijk gedreven, ze zijn gefascineerd door de technologie, het idee, de abstractie zelf. Dat is wat ze enthousiast maakt. De early adopters worden enthousiast van de mogelijkheden die een nieuwe technologie biedt, de toepassing van de abstracte vinding. Beide groepen zijn daarmee gericht op inhoud, mogelijkheden, potentie en creatie. Dat ligt bij de overigen anders.
De early majority is bijvoorbeeld erg gevoelig voor social proof, voor sociale bevestiging, en voor de praktische & financiële voordelen voor henzelf. Zo steken hoogbegaafden zeker niet in elkaar. Ze hebben doorgaans juist moeite met zelfzucht en small talk, de op wederzijdse validatie gerichte, relatief betekenisloze uitwisseling tussen mensen. Ze zijn veelal immuun (allergisch?) voor influencers. Toch ligt hier de sleutel om de andere groepen te bereiken; een sleutel die van je vraagt om iets buiten je comfort zone te treden.
Oneerbiedig gezegd is de formule die je als hoogbegaafde moet hanteren om de kloof te overbruggen deze:
convincing the early majority
=
‘monkey see, monkey do’ x ‘what’s in it for me?’
Verwachten dat leden van de early majority direct herkennen hoe geweldig het is wat je uitgedacht hebt of de enorme potentie zien van een vernieuwing, is illusoir. Dat gaat niet gebeuren, dus zul je zelf slimmer te werk moeten gaan en de curve voor je laten werken.
geef tijdig het stokje door
Binnen de meeste maatschappelijke systemen is het helaas zo dat degene met de briljante vinding, zonder welke überhaupt niets nieuws van de grond zou komen, zelden degene is de grote oogst qua geld en erkenning gaat binnenhalen. De massa is kassa en dat is nu eenmaal niet de plek van vernieuwers. Frustrerend? Ja. Onterecht? Idem. Nu nog realiteit? Ook. Echt visionaire organisaties kunnen hier een beloningsmouw aan passen en zo het grote vernieuwingspotentieel van hun hoogbegaafde medewerkers, ontsluiten. Maar op de meeste plekken zul je daar nog lang op moeten wachten.
“Hoogbegaafden zijn de ideale eerste lopers van een innovatieëstaffette.”
Gelukkig kun je zelf vandaag al meer invloed nemen, door de curve voor je te laten werken en in te gaan zien dat het innovatieproces een estafette is. Deze race begint met je bewust worden van jouw sweet spot op de curve, het bepalen tot welke groep je behoort. Hierna kun je eenvoudig achterhalen wat je moet doen om succesvol het stokje door te geven aan de volgende groep.
Je zult dan wel je creatie moeten gaan overdragen en het idee moeten loslaten, dat jij degene gaat zijn die van A-Z de hele innovatie gaat begeleiden, dat jij alle credits gaat krijgen wanneer iets een succes wordt. Kun je jezelf daarmee verenigen, dan zijn dit je opties:
Zoek je hulp bij een technisch probleem waar je tegenaan loopt, en zoek je dus een innovator, dan zet je in op de inhoud. Op de uitdaging van de puzzel die moet worden opgelost, op de schoonheid van een idee of technologie. Je spreekt deze mensen aan op hun kennis, expertise en grote probleemoplossend vermogen.
Zoek je een iemand die je kan ondersteunen met geld, faciliteiten en politieke invloed of die bereid is om jouw ideeën te gaan uittesten, een early adopter met andere woorden, dan speel je in op hun visionaire kant. Je schetst de kleurrijke mogelijkheden van waar je aan werkt. Je prikkelt hun fantasie en geeft ze de kans om zelf als eerste te mogen werken met iets nieuws. Je geeft ze ook de kans om binnen de organisatie te gaan scoren met een nieuwe vinding.
Zoek je een voorhoede in de organisatie om een uitgetest plan bij te gaan uitrollen, de early majority, dan ga je werken met praktische voorbeelden die de meerwaarde aantonen en met interne change agents, die als ware influencers de organisatie gaan bewerken. Hier passen zaken als case studies, testimonials, town hall meetings en dergelijke.
Houd je vooral niet bezig met de late majority en de laggards. Deze groepen liggen te ver buiten je zone van naaste ontwikkeling. Daar kun je niets mee en moet je vooral aan anderen overlaten.
Jouw estafettestokje: bewijs dat het werkt
Niet alle ideeën zijn levensvatbaar, niet elke technologie heeft het in zich om de industriestandaard te worden. Het puur creatieve deel van een compleet innovatieproces moet dan ook worden afgesloten met het leveren van bewijs, met proof. Het is aan de vernieuwers om te bewijzen of iets wat in theorie mogelijk is, ook wel echt werkt in de praktijk. En of de markt wel echt op een bepaalde vernieuwing zit te wachten.
Herken je jezelf voornamelijk in de Innovator/Gifted Hunter, dan is het aan jou om een Proof of Concept (POC) of een Proof of Technology (POT) te leveren.
Een POC heeft tot doel de haalbaarheid en levensvatbaarheid van een idee, concept of oplossing onder reële omstandigheden aan te tonen. Het gaat vaak om het maken van een prototype of rudimentaire versie van het product of de dienst. Het belangrijkste doel van een POC is om het basisidee te valideren en te bepalen of het met succes kan worden geïmplementeerd. Dit kan inhouden dat er een vereenvoudigde versie van het product wordt gemaakt om de belangrijkste functies te testen.
Het doel van een POT is om aan te tonen dat de onderliggende technologieën of essentiële componenten van een oplossing naar behoren werken, en zo te bevestigen dat ze voldoen aan vooraf vastgestelde verwachtingen. Dit kan worden bereikt door prototypes te maken om aan te tonen dat deze technologieën in staat zijn om de specifieke taken uit te voeren waarvoor ze zijn ontworpen. Een POT is over het algemeen een voorwaarde voor de uitvoering van een groter project, omdat het ervoor zorgt dat de technologische basis solide is.
Herken je jezelf toch vooral als Early Adopter/Intelligent Farmer, dan is jouw uitaging het creëren een Proof of Value (POV).
Een POV richt zich op het aantonen van de zakelijke waarde en tastbare voordelen van een oplossing of technologie. In tegenstelling tot een POC, die zich richt op technische haalbaarheid, probeert een POV te laten zien hoe de oplossing concrete problemen kan oplossen en aanzienlijke voordelen kan opleveren voor het bedrijf of de eindgebruikers. Het gaat vaak om testen in real-life scenario's om efficiëntiewinsten, kostenbesparingen of andere voordelen te kwantificeren.
Heb je je proof geleverd en succesvol contact gemaakt de volgende loper, met jouw counterpart in de volgende innovatie adoptie groep, geef het stokje dan over en, belangrijk, laat het los. Helemaal. Jij hebt jouw deel gedaan, je hebt jouw deel van de estafette succesvol afgelegd. Het is nu aan anderen om het stokje verder te brengen. Dit is jouw eindpunt en of de laatste loper daadwerkelijk de finish van de innovatie-estafette gaat halen, zal nog moeten blijken. Such is life.
Vier je deelsucces en ga vooral weer verder met waar je zo goed in bent: creatieve oplossingen verzinnen en deze opkweken tot ze levensvatbaar zijn.
Tot slot
Mijn advies aan alle begaafden die de drive tot vernieuwing bij zichzelf herkennen en daar mee aan de slag willen gaan:
“Wees geen ‘onbegrepen genie’, wacht niet tot je ontdekt wordt en verstop jezelf zeker niet in een denktank.
De wereld heeft je creaties nu nodig.
Word echt goed in wat je kunt. Creëer wat je voelt dat je moet creëren, geef het stokje door en begin weer opnieuw. Leef je leven zoals het oorspronkelijk bedoeld is: een continue stroom van creëren en loslaten.”
Dirk Anton van Mulligen
© Maart 2024, alle rechten voorbehouden.
Wil je jouw innovatief vermogen als begaafde in kaart brengen en beter leren toepassen? Wil je de hb’ers in jouw organisatie spotten, ze versterken en ze de ruimte geven voor innovatie en outside-the-box oplossingen bij wicked problems? Wil je met je team aan de slag? Of heb je een andere vraag waar we je bij kunnen helpen? Neem dan zeker contact met ons op.
Bannerfoto van Belinda Fewings via Unsplash.com.
Een 'Gifted Hunter' in een 'Farmer's World'
Ben je bovengemiddeld intelligent, inventief en voel je je regelmatig geremd door de beperkende invloed van de bestaande systemen in onze maatschappij en hun vertegenwoordigers? Ervaar je een soort maatschappelijke claustrofobie die voorkomt dat jij je potentieel volledig kunt ontwikkelen? Ben je snel verveeld, vind je graag oplossingen en hou je van snelheid en vooruitgang? Zijn herhaling en voorspelbaarheid niet je ding? Dan zou je zomaar een Gifted Hunter in een Farmer’s World kunnen zijn. Het goede nieuws is dat je iets bijzonders te brengen hebt dat nu hard nodig is. Minder fijn is dat de samenleving daar nog niet per se klaar voor is. Toch kun je als Gifted Hunter wel degelijk het verschil gaan maken en tot je recht komen, wanneer je begrijpt hoe je in elkaar steekt en actief invloed op je omstandigheden gaat uitoefenen. Meer hierover lees je in deze blog die wordt afgesloten met de Gifted Hunter hypothese…
Ben je bovengemiddeld intelligent, inventief en voel je je regelmatig geremd door de beperkende invloed van de bestaande systemen in onze maatschappij en hun vertegenwoordigers? Ervaar je een soort maatschappelijke claustrofobie die voorkomt dat jij je potentieel volledig kunt ontwikkelen? Ben je snel verveeld, vind je graag oplossingen en hou je van snelheid en vooruitgang? Zijn herhaling en voorspelbaarheid niet je ding? Dan zou je zomaar een Gifted Hunter in een Farmer’s World kunnen zijn. Het goede nieuws is dat je iets bijzonders te brengen hebt dat nu hard nodig is. Minder fijn is dat de samenleving daar nog niet per se klaar voor is. Toch kun je als Gifted Hunter wel degelijk het verschil gaan maken en tot je recht komen, wanneer je begrijpt hoe je in elkaar steekt en actief invloed op je omstandigheden gaat uitoefenen. Meer hierover lees je in deze blog die wordt afgesloten met de Gifted Hunter Hypothese. Please note: this blog is also available in English.
Gulliver, gestrand op lilliput
Met het merendeel van de hoogbegaafden gaat het goed. Maar voor een aanzienlijk deel van de hoogbegaafden die ik sinds 1997 begeleid, is het bestaan gevuld met frustratie en innerlijke, soms ook uiterlijke, worsteling. Zelf heb ik als 145+’er geprobeerd zoveel mogelijk buiten, of tenminste onder, de radar van de systemen te blijven. Al vroeg voelde ik me namelijk als Jonathan Swift’s Gulliver gestrand op het eiland Lilliput. De systemen van onderwijs en werk leken erop gericht me klein te maken en te houden. Zo ervaarde ik dat tenminste. Maar omdat mijn beleving arrogant over zou kunnen komen, hield ik dat beeld lang voor mezelf. Ik paste me aan waar nodig en ging verder zoveel mogelijk mijn eigen weg.
Maar onderschat nooit de kracht van een goede metafoor: Cliënten met een vergelijkbare beleving riepen steevast “Dát is het!” wanneer ik Gulliver aanhaalde. Alsof er iets op zijn plaats klikte en er direct helderheid ontstond, waar voorheen mist was. Het probleem is dat in veel maatschappelijke systemen, denk onderwijs en werk, van dynamische, creatieve begaafden wordt verwacht zich aan te passen aan een leer- of werkstijl die ze niet past. Ze voelen zich dan kleingehouden, tegengewerkt en onbegrepen; een ervaring die vele begaafden heeft doen knakken, zeker in een land met uitdrukkingen als “doe maar gewoon dan doe je al gek genoeg” en “je moet je kop niet boven het maaiveld uitsteken”. Gekmakend op zijn zachtst gezegd en om de oorzaak daarvan te vinden, moeten we vele duizenden jaren terug in de tijd.
“I don’t care two hoots about civilization.
I want to wander in the wild.”
hunting vs. farming
De mensheid heeft voor het grootste deel van haar bestaan moeten jagen om te kunnen overleven. De jacht op wilde dieren, op de proteïnen en vetten die deze leverden, stelde de mensheid in staat te gestaag te evolueren. De jagers zelf liepen ondertussen groot risico en hun succes of falen had een enorme impact op de stam waar ze toe behoorden. Het waren noodgedwongen kundige doorzetters die, dwars door vermoeidheid en zware omstandigheden heen, gefocust waren op maar één doel: het terugbrengen van voedsel naar de stam.
De evolutionair gezien redelijk recente komst van landbouw en veeteelt, stelde stammen in staat zich te vestigen op een plek. Hutten werden gebouwd, samenlevingen ontstonden. Farming bleek een veel efficiëntere en beheersbaardere manier om mensen te voeden en zo ontstond er tijd voor het ontwikkelen van nieuwe vaardigheden en gereedschappen. Handel in de opbrengsten van landbouw en veeteelt ontstond en maatschappelijke ontwikkelingen raakten in een stroomversnelling. Transportmiddelen kwamen en de mensheid begon te stijgen in de behoeftehiërarchie van Maslow, de fysieke behoeften, veiligheid en zekerheid werden vervuld.
Het lineaire karakter van de jacht maakte ondertussen plaats voor de cyclische aard van farming. Van de dagelijkse, onzekere eat or be eaten realiteit van de Hunter, naar het voorspelbare ritme van grond bewerken, zaaien, bewateren, onkruid wieden en oogsten van de Farmer. Dag in, dag uit, dag in, dag uit. Het industriële tijdperk zorgde voor nog grotere maatschappelijke ontwikkelingen, maar versterkte tegelijkertijd het cyclische ritme in onze levens nog eens extra. Denk aan het leerstofjaarklassensysteem en de vele methodes van het onderwijs, maar ook aan de Demming kwaliteitscirkel: Plan-Do-Check-Act ad infinitum, protocollen in de zorg, budgetcycli, verkiezingen en heel veel meten en toetsen om te zien of een schema nog wel wordt gevolgd. Systemen begonnen langzamerhand onze levens te dicteren en het belang van executieve functies voor het succesvol mee kunnen draaien in die systemen, werd groter en groter. Parallel daaraan bleken vooral veel jongens het toenemend moeilijk te krijgen in de systemen. Al in 1993 wijdde Csikszentmihalyi daar de volgende woorden aan:
“(...) Hunter types find fewer and fewer niches in the modern economy, and many of them may become bitter outcasts from the system. Because of this, too much testosterone today is more likely to result in criminality rather than leadership.
(...)
It is fashionable these days to try to deny our evolutionary heritage. Now that men don’t go out hunting every morning, the argument goes, they don’t need to be any more assertive than women. Or, given that we have decided that all men are created equal, we no longer need dominant individuals.
(...)
To deny the bred-in-the-bone differences between people is one of the silliest conceits of our times. Pretending that we can be everything we want to be without taking into account how physiology controls the mind is not only useless but dangerous, because it only breeds disillusion, hypocrisy, and finally cynisism.”
Nu passen de huidige systemen prima bij het merendeel van de mensen, door hun Farmer genetica zijn ze hier al aardig op ingesteld, maar voor degenen met een nog/weer actief Hunter-gen (DRD4), wordt de overgereguleerde, op de gedachte van maakbaarheid gestoelde, samenleving meer en meer een hedendaags Lilliput. Dat deze genetische verklaring geen mooie metafoor is, maar biologische realiteit, werd vele jaren nadat Thom Hartmann in 1993 de hypothese hierover opstelde, bewezen.
In zijn boek ADHD: a Hunter in a Farmer’s World beschrijft hij hoe ADHD geen stoornis is, maar een verzameling eigenschappen van een evolutionaire Hunter aanpassing, die nogal botst met de Farmer’s World waarin we ons heden ten dage bevinden. Denk bijvoorbeeld aan het continu scannen van je omgeving voor voedsel of bedreigingen (= snel afgeleid), moeten kunnen handelen zonder aarzelen (= impulsief), adrenaline nodig hebben voor een beslissende actie (= sensation seeker).
Heb je deze eigenschappen, dan heb je anno nu weinig andere keuzes dan ondernemer worden, kunstenaar, topsporter of de sales ingaan. En in sommige gevallen de criminaliteit.
Hoogbegaafden: Intelligent Farmers en Gifted Hunters
Al eerder schreef ik over mogelijke misdiagnoses bij hoogbegaafdheid in Bipolair of toch gewoon hoogbegaafd? Ook ADHD is een veel voorkomende misdiagnose bij hoogbegaafdheid en daarmee is de kijk die Hartmann heeft, ADHD is het gevolg van een actief Hunter-gen in een Farmer-samenleving, voor wat hoogbegaafden betreft te beperkt. Vandaar dat ik de term Gifted Hunter introduceer om een duidelijk onderscheid te maken. In de vele jaren dat ik met hoogbegaafden werk, ben ik slechts één maal een echte dubbeldiagnose ADHD en HB tegengekomen. Wel zie ik regelmatig hoogbegaafden die ADHD-achtige trekjes hebben; zeker in bepaalde omgevingen en situaties. Sommigen hebben zelfs een officiële ADHD-diagnose, maar zijn wel degelijk in staat tot geconcentreerd en gestructureerd werken. Maar alleen wanneer hun intrinsieke motivatie wordt aangeboord en ze de ruimte en support krijgen. Wanneer ze hun eigen interesses kunnen volgen en creatief mogen zijn. Dat zijn vaak de Gifted Hunters onder de begaafden.
In mijn praktijk zie ik grofweg, het is geen exact science, twee typen hoogbegaafden: de Intelligent Farmer en de Gifted Hunter. De eerste groep is bovenmatig intelligent, goed in de executieve functies en in de basis school- & work smart. Door hun hoge intelligentie, snelheid, behoefte aan complexiteit en soms bijzondere interesses hebben Intelligent Farmers meer nodig dan op veel plekken geboden wordt. Wordt hierin voorzien, o.a. door te compacten en te verrijken, dan zijn ze evenwel prima in staat om op hoog niveau in onze samenleving mee te draaien. Ze worden bijvoorbeeld als expert in een specifiek vakgebied of (top)manager. Met deze groep hoogbegaafden gaat het over het algemeen goed.
Gifted Hunters hebben het lastiger, ze kampen vaker met overexcitabilities. Zijn niet zelden visueel ingesteld en/of dyslectisch, wat lastig is op veel plekken. Vaak zijn ze ook meer associatief, complex en non-lineair in hun denken dan de Intelligent Farmer. Hier speelt overduidelijk meer dan alleen een hoge intelligentie gecombineerd met gevoeligheid en ADHD-trekjes. Meer dan het kampen met onhandige eigenschappen overgebleven uit vervlogen tijden, belichaamt de Gifted Hunter kwaliteiten die passen bij de tijd van nu of zelfs van de tijd die nog komen gaat. De jacht is niet namelijk langer op voedsel om te kunnen overleven, de jacht is op nieuwe inzichten, nieuwe creaties, nieuwe oplossingen en nieuwe technologieën, die een goede toekomst van de mensheid zeker kunnen stellen. Een jacht op de antwoorden op de vragen en uitdagingen van nu.
“The Gifted Hunter hunts for novelty:
for new information, ideas & answers, for new creations, solutions & inventions.”
Naast de eerder beschreven Hunter eigenschappen, een hoog IQ en een voorkeur voor snelheid & complexiteit, kun je een Gifted Hunter onder andere hieraan herkennen:
Een creatieve, leergierige geest die altijd maar bezig is.
(Doel)gericht op het nieuwe, of dat nou een inzicht, ervaring, oplossing, antwoord, dader 😉, kunstvorm of technologie is.
Hurricane learner, soms ook een onnavolgbare Hurricane doer.
Kan niet anders dan trouw blijven aan zichzelf en het ideaal voor ogen.
Resultaat is belangrijker dan protocollen.
Voor alle duidelijkheid: Gifted Hunters zijn niet superieur aan Intelligent Farmers, ze beschikken alleen over een duidelijk ander potentieel. Onder bepaalde omstandigheden zijn Farmer-kwaliteiten veel effectiever, andere situaties vragen evenwel om uitgesproken Hunter-eigenschappen.
Een opvallende parallel tussen Hunters en hoogbegaafde Gifted Hunters die het lastig hebben in het onderwijs: van origine jagen Hunters gemiddeld 2-5 uur per dag. Meer niet. Rust, lichamelijk herstel, materieel onderhoud en gemeenschappelijke activiteiten, al dan niet rond een kampvuur, vullen de rest van hun dag. Dit is heel anders dan werken in een agriculturele- of industriële setting, waarbij zeker 8 uur per dag vrijwel continu (vaak zittend) gewerkt moet worden.
Net als jagers werken Gifted Hunters vaak in bursts: in golven van intens leer-, experimenteer-, denk- en creatiewerk, afgewisseld met niets doen en andere zaken (spelen!). Ze kunnen in een paar uur doen waar anderen dagen voor nodig hebben. De 7520 urennorm voor PO en minimaal 3700 in het VO, past veel begaafde kinderen dan ook niet. Het is teveel en ruim voorbij het kantelpunt van de afnemende meeropbrengst, het werkt averechts. Less is more in dit opzicht voor deze groep. Zijn ze in de flow, laat ze dan vooral gaan. Maar hebben ze behoefte aan even niets, geef ze dan die ruimte.
Maar er is meer dat relevant is voor het tot bloei brengen van jonge, en niet meer zo heel jonge, Gifted Hunters. Ze hebben een sterke behoefte aan een helder en begrijpelijk doel van hetgeen ze moeten doen. Het moet zinvol zijn in hun ogen, leiden tot iets concreets waar ze de meerwaarde van kunnen inzien. Zo duidelijk, als dat de opbrengst van de jacht garant staat voor avondeten of zelfs voor overleven. Gewoon ‘doen wat je gezegd wordt omdat het goed voor je is’ in een systeem vol beoordelingen, straffen en beloningen, brengt de jonge Gifted Hunter alleen maar schade toe. Betutteling door, al dan niet Intelligent, Farmers al evenzeer. En daar behoren soms helaas ook HB-begeleiders toe. Het goed meedraaien in een Farmer-maatschappij is tot de gouden standaard verheven, de universele meetlat waarlangs eenieder moet worden gelegd en in welke richting eenieder zich moet ontwikkelen. Daar doe je niet alleen Gifted Hunters mee tekort, je snijdt jezelf als samenleving in de vingers wanneer de rek uit het Farmer-model zelf raakt (zie verderop).
Maar misschien wel de belangrijkste reden dat Gifted Hunters niet goed passen in een Farmer-samenleving is dat deze, zo ervaren ze dat tot in hun vezels, hen dwingt tot een geestdodend bestaan. Ze voelen de prijs die het meedraaien in het raderwerk van deze samenleving van ze vraagt, maar al te goed. Ze snakken boven alles naar echtheid, integriteit, zingeving en feeling alive.
“I’m desperate for change,
endlessly seeking novelty,
where can I find it?”
hunters Need to feel alive
Niets maakt je zo wakker en alert als oog in oog staan met een sabeltandtijger. De jacht brengt van oudsher Hunters in situaties die ze in staat stellen assertiviteit, competentie en vermogen tot impact te ontwikkelen. En om gevoelens van angst, woede en moed te ervaren. Met andere woorden, de onzekerheid en persoonlijke risico’s van de jacht, laten hen voelen dat ze leven. Of in een meer moderne variant, nieuwe (sensorische) informatie en uitdagingen geven moderne Hunters waar ze naar snakken, waar ze op ingesteld zijn en wat ze alive doet voelen. Novelty seeking noemt Hartmann dit en het is voor Hunters, Gifted of niet, een basisbehoefte.
“Met de kenmerken van de ‘hunters’ in het achterhoofd, constateert Hartmann dat Maslow, bekend van zijn ‘piramide’ met menselijke behoeften en daarmee de grondlegger van de humanistische psychologie, een essentiële behoefte over het hoofd gezien heeft: de ‘need to feel alive’ (2019, p. 69).
Het is deze behoefte, aldus Hartmann, die ervoor zorgt dat een verveeld kind in de klas, waarbij niet meer doordringt wat de leraar vertelt, geactiveerd wordt om iets te doen om weer levendigheid te ervaren. Dat ‘iets doen’ is dan meestal iets wat voor de leraar storend is, maar is in feite een brein dat nieuwe bronnen van sensorische informatie zoekt om weer ‘wakker’ te worden.”
Onze hedendaagse samenleving heeft voor zoveel stabiliteit, zekerheid en veiligheid gezorgd, dat Huntertypes steeds minder aan hun trekken komen. Er valt buiten het alomtegenwoordige beeldscherm weinig nieuws meer te beleven. Een risicoloos, voorspelbaar en repetitief leven voelt voor hen bovendien onecht aan, alsof het wezenlijke ingrediënt eraan ontbreekt. Het maatschappelijke toneelstuk, waarin zovelen niet veel meer dan een rol spelen, doorgaans op de automaat ook nog, is niet waarin ze zich thuis voelen. Alsof ze players zijn die niet de ruimte krijgen om te spelen, in een game vol met non-playing characters. Niet voor niets verdwijnen veel jongens in een digitale gamewereld waar ze nog wel jager mogen zijn.
Veel Gifted Hunters vertonen al op jonge leeftijd een enorme nieuwsgierigheid, intelligentie en creativiteit. Ze hebben inzichten die verre van standaard zijn voor iemand van hun leeftijd. Maar omdat hun geest zo snel werkt en ze zo snel verveeld raken door routinetaken en niet-geïnspireerde activiteiten, vertonen ze nogal eens ‘probleemgedrag’. Dan kan AD(H)D-achtig gedrag ontstaan, terwijl er sprake is van niet goed gefaciliteerde hoogbegaafdheid. In dat verband is het goed om te realiseren, dat ervaringsdeskundigheid en oprechtheid, walking your talk, voor Hunters voorwaarden zijn om iets van je aan te nemen. Of om de parallel te trekken met hoogbegaafden: ze nemen pas wat van je aan, wanneer je hen en hun hoogbegaafdheid begrijpt, niet wanneer je er alleen maar veel van weet. Het moet echt zijn én echt ergens over gaan. Je moet hetgeen je brengt, belichamen.
Echtheid, vrijheid, onzekerheid en persoonlijke risico’s nemen maken dat de relatie tussen jou en het leven verandert: intenser en persoonlijker. Het leven krijgt hierdoor kleur: in Technicolor and Kodachrome. Het is dan ook niet raar dat veel volwassen Gifted Hunters na 2 jaar in dezelfde functie onrustig worden. Dan gaat het weer kriebelen, het beeld is te flets geworden, en ze gaan op zoek naar een nieuw jachtterrein met bright colors. Dat dit niet altijd goed harmonieert met bestaande management development trajecten en loopbaanpaden, maakt dat ze niet zo snel worden aangemerkt als high potential, terwijl juist zij een enorme vernieuwende impuls aan organisaties kunnen geven.
EEn verschillend evolving self profiel
Gifted Hunters laten zich logischerwijs slecht vangen in een model dat is ontwikkeld voor Farmers. Een begaafd individu is namelijk meer dan een verzameling eigenschappen of kenmerken die je losstaand in kaart kunt brengen en vervolgens alleen maar hoeft te ‘managen’. Met Your Evolving Self kijken we daarom ook naar specifieke creatieve talenten, multiple intelligences, gecombineerd met de gevoeligheden van het begaafde karakter en de individuele gerichtheid op vernieuwing. Juist de combinatie van deze dimensies vertelt wat voor onderwijs, organisaties en functies bij iemand passen en wat deze persoon nodig heeft om tot bloei te komen.
Wanneer iemand bijvoorbeeld uitgesproken sterke Lichamelijk-kinesthetische en Ruimtelijk-visuele talenten bezit in combinatie met een hoge Responsiviteit, Innerlijke gedrevenheid, Gelaagde waarneming en neiging tot Non-conformistisch handelen, dan is deze persoon vrijwel zeker een Gifted Hunter die ver weg moet blijven van Farmer-banen.
Met dezelfde talenten maar gecombineerd met goed ontwikkelde logisch-mathematische en verbale kwaliteiten en minder hoge scores op de overige vier kenmerken, zal de persoon eerder een Intelligent Farmer zijn en dan juist wel goed passen in de huidige maatschappelijke systemen. Hun ervaringen in het leven, in onderwijs en werk, zullen dan flink verschillen, terwijl ze in de kern dezelfde uitgesproken talenten bezitten.
Uiteraard is dit maar een voorbeeld en zijn er talloze varianten van beide types te vinden. De spreiding onder hoogbegaafden is nu eenmaal groot, niet één is hetzelfde. Qua beroepen ben ik Gifted Hunters tot nu toe vooral tegengekomen onder artiesten, politie- & defensiemedewerkers, sales mensen, consultants, creatieve ondernemers, ZZP’ers, handelaren/traders, engineers en (internationaal) leidinggevenden. De meest uitgesproken Gifted Hunters die ik heb ontmoet, zijn evenwel uitgevallen of stonden op uitvallen. Terwijl juist zij het noodzakelijke medicijn vormen tegen de ziekte die onze samenleving in de greep heeft gekregen.
wanneer de oogst mislukt, zijn hunters aan zet
Met de komst van de landbouw nam het belang van de jacht af. Jagers moesten werkloos toekijken of zichzelf geweld aandoen en zich voegen naar een rol binnen het systeem. Maar wanneer de oogst mislukte, werd teruggevallen op diezelfde jagers om de stam weer te voorzien van voedsel. Onze moderne postindustriële samenleving bevindt zich inmiddels in een soortgelijke situatie. De onrust is alomtegenwoordig, de systemen piepen en kraken.
Stilzitten, enkel protocollen en procedures volgen, jezelf overmatig aanpassen en inhouden, eindeloos praten en vergaderen, een rol moeten spelen voor een beeldscherm en vooral niet gericht af kunnen gaan op wat jou het juiste lijkt, is de beste manier om gezonde levensenergie te laten externaliseren tot gewelddadige (seksuele of criminele) uitbarstingen en misplaatst activisme. Of te laten internaliseren tot een (game)verslaving of depressie.
De systemen die de samenleving groot hebben gemaakt, worden meer een meer een last voor diezelfde samenleving. Een last die voorkomt dat de samenleving zich verder kan ontwikkelen. De rol van (juridische) procedures, protocollen, standaarden, administratieve verplichtingen, verzekeringen, verantwoordingen, KPI’s, overleggen, vergaderingen en verplichte nascholingen, de uitdijende bureaucreatie met andere woorden, is zo groot geworden, dat deze ten koste gaat van waar het eigenlijk om gaat; zoals tijd voor de leerling in het onderwijs en goede zorg voor de patiënt in de gezondheidszorg.
Het systeem kannibaliseert zichzelf. Mensen hebben minder en minder tijd voor hun eigenlijke werk. Ze zijn steeds meer aan het administreren, managen en communiceren, zonder daadwerkelijk iets toe te voegen. Ondertussen worden de stresslevels hoger en hoger. De professional die zelf wil nadenken, een eigen mening wil vormen en wil kunnen beslissen, krijgt het moeilijker en moeilijker. Een trend die ook de wetenschap in de greep heeft gekregen. De goeden branden af en stappen eruit. Of beginnen er niet eens meer aan. Het individu wordt opgeofferd voor het in stand houden van het systeem.
“Today, too many Gifted Hunters are the right people at the right time
in an unwelcoming place. ”
Ook het maakbaarheidsdenken is een teken van een doorgeschoten farmingcultuur. Management is farming per slot van rekening en het idee dat wanneer je maar zoveel mogelijk data ergens over verzamelt, je vervolgens het onderwerp beheersbaar krijgt en kunt managen, is een illusie die de aard van de realiteit ontkent. Zeker in een toenemend complexe wereld zal deze strategie altijd tekort schieten. Evenals het idee om de wereld steeds centraler te gaan organiseren, wat precies dát is wat averechts werkt onder complexe omstandigheden.
Waar een Hunter noodgedwongen van de realiteit uit moet gaan, aan den lijve ondervindt dat natuurwetten gerespecteerd moeten worden en dat de wereld inherent onzeker en soms onveilig is, gaat de moderne bestuurder steeds meer uit van een beeldschermrealiteit vol met door modellen gegenereerde indicatoren gevoed door de ideologie du jour. De hang naar zekerheid, voorspelbaarheid en beheersbaarheid ketent ondertussen de moderne Gulliver steeds strakker vast op Lilliput.
Evolutionair gezien heeft de wijze waarop we onze westerse samenleving hebben ingericht, haar langste tijd gehad. De keerzijde van de welvaart die is gebracht door achtereenvolgens het agrarische-, industriële- en postindustriële tijdperk, is onmiskenbaar. Van uitputting van de planeet tot aan de mentale en lichamelijke gesteldheid van de moderne mens. Katy Perry bezingt het in het requiem voor de Farmer’s World ‘Chained to the Rhythm’ als volgt:
“So comfortable, we’re livin’ in a bubble,
So comfortable, we cannot see the trouble,
Yeah, we think we’re free (but)
We’re all chained to the rhythm.”
De slinger is maximaal uitgeslagen en moet de andere kant weer opgaan. Het daarvoor uitsluitend inzetten op nieuwe technologieën, denk bv. aan AI, zonder de wezenlijke weeffouten aan te pakken, zal de keerzijde alleen maar de vergroten, het onvermijdelijke keerpunt nóg verder uitstellen en de uiteindelijke prijs die we als maatschappij moeten gaan betalen, nog verder opdrijven.
Nu de maatschappelijke ‘oogst’ aan het mislukken is, is het aan de moderne variant van de jager om ‘de stam’ een nieuwe tijd en een nieuwe aarde binnen te loodsen. Nieuwe wegen verkennen, nieuwe oplossingen bedenken en vraagstukken oplossen, horen bij het wezen van de Hunter. Niet bij dat van de Farmer. Hunters zijn innovators en early adopters. Gifted Hunters kunnen in potentie uitgroeien tot de voorlopers van het nieuwe en de Intelligent Farmers tot de ideale krachten om dat nieuwe te verankeren en te bestendigen. Daarmee is de behoefte aan wat Gifted Hunters te brengen hebben groter dan ooit, maar de vraag is nog klein. Ze zijn namelijk systeemvreemd, moeten zich tot dusver eerst voegen naar het systeem, voordat ze ruimte, invloed en mandaat krijgen. Die gedwongen aanpassing beschadigt ze echter en verkleint hun potentiële impact. Dat terwijl het geen toeval is dat zich juist nu onder de mensheid steeds meer Gifted Hunters bevinden.
waarom juist nu: de Gifted hunter hypothese
Al is the jury still out sinds Darwin ‘On the Origin of Species’ schreef, evolutie lijkt zich te kenmerken door een vorm van natuurlijke selectie voor de beste adaptatie aan omstandigheden en een toename van diversiteit en complexiteit. Hierop is de Gifted Hunter hypothese gestoeld.
Onze sociale omstandigheden zijn in recente tijden extreem veranderd, zoals de Social Development Index laat zien. Deze verandering is zeker niet ‘van alle tijden’. Vooral het ontsluiten van de wereld van informatie, is daar debet aan. Nieuwe informatie leidt altijd tot verandering in een systeem, dus ook in de mens zelf. Niet verwonderlijk dus, dat de informatiemaatschappij voor zo’n grote veranderdruk op de mensheid heeft gezorgd, dat we onszelf middenin een evolutionaire sprong bevinden. Al die nieuw beschikbare informatie moet verwerkt en toegepast kunnen worden. Gifted Hunters beschikken dan ook niet voor niets over grote information processing vaardigheden in combinatie met een wide range of creative outlets.
De Gifted Hunter representeert een evolutionaire stap voorwaarts en is meer dan een bovengemiddeld intelligent mens waarbij toevallig het Hunter-gen actief is geworden. De maatschappelijke omstandigheden zijn, dankzij de extreme sociale ontwikkeling in het informatietijdperk, radicaal veranderd. De Gifted Hunter is daar een reactie op. Ook zien we een sprong in diversiteit en complexiteit van karakter in de begaafden zelf, een enorme variatie onderling, waardoor ze op cruciale punten echt afwijken van het ADHD-Hunter type als beschreven door Hartmann. Hun gevoeligheden, complex karakter, innerlijke beleving, emoties, rechtvaardigheidsgevoel en gerichtheid op creatie, zouden hen juist enorm kwetsbaar maken tijdens de jacht in klassieke zin. De meerwaarde van een uitzonderlijk talent voor wiskunde of muziek, smelt als sneeuw voor de zon, wanneer je oog in oog staat met de eerder genoemde sabeltandtijger.
Gifted Hunters zijn dan ook een adaptatie om de mensheid als geheel toekomstbestendig te maken in de Information Age. Een naar voren gerichte activering, getriggerd door enorme veranderingen in omstandigheden, door een massieve input van nieuwe informatie. Veel Gifted Hunter-kinderen hebben niet voor niets een duidelijk gevoelde missie om de (met name spirituele) ontwikkeling van de mensheid te versnellen. Al op zeer jonge leeftijd hebben ze levensinzichten die ouderen versteld doen staan. Maar die ook net zo makkelijk door hen van tafel geveegd kunnen worden, waarmee de enorme waarde die deze kinderen voor de mensheid vertegenwoordigen, teniet wordt gedaan. Wij kunnen deze kinderen weliswaar helpen te ontwikkelen, maar het zijn vooral zij die ons veel te leren hebben.
De Gifted Hunter is dan ook te beschouwen als een hogere octaaf van de Hunter. Oneerbiedig zou je kunnen zeggen: een trial sample van de natuur om uit te vinden, welke mensvariatie het beste aangepast gaat zijn aan de informatiemaatschappij en deze naar een hoger plan kan tillen. Het vermogen om veel grotere hoeveelheden informatie te kunnen processen dan een gemiddeld mens, wijst in elk geval in die richting. Wellicht dat het Hunter-gen in een specifieke combinatie met andere genen nu tot expressie is gekomen. Of, en dat kunnen wetenschappers uiteindelijk gaan bepalen, er is een heel nieuw gen actief geworden. Wat oorspronkelijk en ogenschijnlijk junk-DNA was, zou ineens informatie kunnen zijn gaan leveren, die nu relevant is voor aanpassing aan radicaal veranderde omstandigheden.
We begeven ons in de jaren ‘20 collectief op onbekend terrein en dan heb je nu eenmaal ontdekkingsreizigers, verkenners en jagers nodig. En leiders die meer doen dan managen alleen; mensen met een hogere visie, een sterke ethiek en voldoende vasthoudendheid om de samenleving daadwerkelijk vooruit te helpen. Deze rollen zijn bij uitstek geschikt voor Gifted Hunters en een verstandige samenleving faciliteert ze hierbij. Want zoals de Gifted Hunter een Farmer nodig heeft voor het opschalen, managen en bestendigen van zijn ‘vangst’, van zijn initiatieven, creaties en oplossingen, hebben Farmers de Gifted Hunter anno nu nodig om hun Farmer’s World een toekomst te geven.
Wordt vervolgd
Deze blog is een begin. Er zijn namelijk nog veel Gullivers te bevrijden van hun Lilliput-ketenen, er zijn nog veel vernieuwers die vast zitten op de Animal Farm. En over de Gifted Hunter zelf valt bovendien zoveel meer te vertellen - van specifieke kwaliteiten en valkuilen, passende omgevingen, tijdsbeleving, persoonlijke relaties, leef- en werkstijladvies, tot het belang voor de samenleving en de algehele evolutie van de mensheid - dat ik gestart ben met het schrijven van een boek hierover. Ook komt er een dedicated YouTube kanaal waar ik vlogs zal uploaden over de vele onderwerpen die verbonden zijn aan de Gifted Hunter.
Zomer 2023 gebruik ik om e.e.a. op een rij te zetten en dit najaar hoor je meer of het hoe en wat. Nog even geduld dus, wordt vervolgd. Spreekt dit vooruitzicht je aan, dan hoor ik het graag. Wil je op de hoogte blijven van de Gifted Hunter ontwikkelingen, schrijf je dan in voor de nieuwsbrief. Je hoort dan dit najaar van me.
© Dirk Anton van Mulligen, 2023. Dit artikel is de weerslag van regelmatig en lang nadenken over deze materie, aangevuld met mijn ervaringen met hoogbegaafden. Ik heb er met andere woorden veel tijd en energie in gestoken. Niets uit dit artikel mag dan ook worden overgenomen zonder bronvermelding en auteur. Wil je meer dan een losse quote of inzicht gebruiken, neem dan contact op voor het al dan niet verkrijgen van toestemming daartoe.
Bannerphoto by Norbert Braun on Unsplash.
Any copyright on the photo’s of Jane Goodall and Maggie O’Farrell is unknown to me. Should there be a copyright infringement regarding these photo’s, I’ll remove them immediately when given notice.
Hurricane learning: wanneer je hersens echt anders werken
Niet alle hoogbegaafde kinderen hebben het makkelijk op school. Sommigen zijn twice exceptional, oftewel dubbelbijzonder. Dat zijn kinderen die intellectueel begaafd zijn en tegelijkertijd uitdagingen hebben als ASS, ADHD of Asperger’s. Dit maakt dat hun hersenen echt anders werken: de manier waarop prikkels binnenkomen, verwerkt worden en gebruikt worden, wijkt fundamenteel af van de norm. Dit maakt het voor hen moeilijk om binnen bestaande systemen, die nu eenmaal op de norm gebaseerd zijn, hun potentieel om te zetten in prestaties. Dit geldt ook voor veel uitzonderlijk hoogbegaafden. Je zou bijna kunnen zeggen dat uitzonderlijke begaafdheid op zich al dubbelbijzonder maakt…
Photo by Shashank Sahay on Unsplash
Niet alle hoogbegaafde kinderen hebben het makkelijk op school. Sommigen zijn twice exceptional, oftewel dubbelbijzonder. Dat zijn kinderen die intellectueel begaafd zijn en tegelijkertijd uitdagingen hebben als ASS, ODD, ADHD of Asperger’s. Dit maakt dat hun hersenen echt anders werken: de manier waarop prikkels binnenkomen, verwerkt worden en gebruikt worden, wijkt fundamenteel af van de norm. Dit maakt het voor hen moeilijk om binnen bestaande systemen, die nu eenmaal op de norm gebaseerd zijn, hun potentieel om te zetten in prestaties. Ze hebben een heel andere omgeving nodig om tot bloei te komen. Een omgeving waarin gezien worden, welbevinden en ruimte krijgen, belangrijker zijn dan cognitief hoogwaardig aanbod. Want eerst moeten de voorwaarden zijn ingevuld voor je met dat aanbod aan de slag te kunt. Pas dan kan leren vanzelf gaan.
Wanneer twee diagnoses vechten om voorrang
De unieke combinatie van gaven en uitdagingen leidt er vaak toe dat bij deze kinderen één van beide categorieën over het hoofd gezien wordt, dan wel naar de achtergrond verdwijnt. Daardoor krijgen ze niet de begeleiding die ze nodig hebben, raken beschadigd en vallen ze sneller uit. Ze worden thuiszitter, hopelijk thuisgeschoold, of verlaten zonder startkwalificatie het onderwijs. Met grote impact op hun toekomst en de gezinnen die het betreft; want het raakt meer dan alleen het kind zelf. Een verlies aan talent voor de maatschappij, maar toch vooral een drama voor wie het betreft. Beide aspecten, en vooral hun onderlinge interactie, moeten worden meegenomen in passend aanbod voor het het dubbelbijzondere kind, zodat het een volwaardige plek in de samenleving te kan gaan innemen. Dit kan niet zonder maatwerk en individuele begeleiding in mijn ogen.
Uitzonderlijk hoogbegaafd: ook een vorm van 2e?
In mijn werk met uitzonderlijk hoogbegaafden, en er zelf ook eentje zijnde, is me opgevallen dat veel van wat voor twice exceptionals opgaat, ook op de 145+ mensen van toepassing is. Het is alsof het zo ver afwijken van de norm op zich al ‘dubbelbijzonder’ maakt. En dat de aanpak die werkt voor twice exceptionals, ook goed voor hen werkt. Oftewel:
(3∑,→) = 2e
Dit zou ermee te maken kunnen hebben met dat uitzonderlijk hoogbegaafden niet alleen kwantitatief ver afwijken van de norm, lees: sneller, intelligenter etc., maar vooral ook kwalitatief. Ze zijn wezenlijk anders, hebben andere behoeften en hun hersens werken fundamenteel anders dan van een meer gemiddeld mens; zeker in verbinding met hun lijf, met hun gevoelige zenuwstelsel. Een mooie metafoor daarvoor is die van ‘a mind like flypaper’. Een geest als van een vliegenvanger: zo’n strook waar werkelijk alles wat voorbijkomt aan blijft kleven. Of je wilt of niet.
Wat ik zelf bij uitzonderlijk hoogbegaafden heb waargenomen, is dat het denken (voor zover je het overigens ‘denken’ kunt noemen, maar dat is een onderwerp voor een andere plaats en tijd…) veel wegheeft van een Paardensprong in het schaken: tegelijkertijd lineair en lateraal, voorwaarts/achterwaarts en zijwaarts. Dit maakt meteen duidelijk waarom velen de denkprocessen van 145+’ers niet kunnen volgen. En waarom de uitzonderlijk begaafden zelf het vaak lastig vinden om hun gedachtesprong in een lineaire, oorzaak-gevolg volgorde uit te leggen. Lastig in het onderwijs, maar minstens zo lastig op het werk, in relaties en het dagelijks leven in het algemeen. Voor wat betreft de begeleiding van uitzonderlijk hoogbegaafden geldt al helemaal:
“It takes one to truly understand one.”
Hurricane learning
Iemand die het echt begrijpt is Melanie Hayes. Zij geeft een onthullende inkijk in de geest van de 2e mind die me enorm getroffen heeft. Het is voor mij als 145+’er zeer herkenbaar, al ben ik geen twice exceptional (voor zover ik weet ;-). Voor mij is het een bevestiging dat uitzonderlijke begaafdheid op zich als een vorm van dubbelbijzonder te beschouwen is. In elk geval voor wat betreft het type omgeving, onderwijs en begeleiding dat goed werkt. Melanie beschrijft het zo:
“If you could open up the 2e mind, you’d see someone who can see patterns that nobody else can see. They see things in the future that most people don’t think about. They see connections to other people and life as we know and don’t know it.
I call them Hurricane Learners, instead of linear-sequential. They want all the knowledge swirling around them all of the time. And they can just reach out and grab everything they want. And put it together in this unique way of knowing and being. But they haven’t had the life experience to know how to handle this big feelings they’re having. So it can cause for some pretty existential depression in a lot of kids.”
De documentaire ‘The G word’ van Marc Smolowitz brengt de enorme diversiteit van hoogbegaafdheid in beeld en zoomt daarbij ook in op deze groep: ‘Exceptional minds’. Een aanrader en niet alleen om meer inzicht te krijgen in het 2e fenomeen. Het schetst een mooi beeld van fundamenteel anders werkende hersens en dat komt meer voor dan bij twice exceptionals alleen. Hopelijk helpt meer begrip hierover om passender aanbod te gaan creëren. En om het grote potentieel dat deze groep en de uitzonderlijk hoogbegaafden hebben, te ontsluiten.